home > discussie > De beste biografie is een boodschappenlijstje

discussie

De beste biografie is een boodschappenlijstje

Door: Vitalski - 11/04/09

De film ‘Marie-Antoinette’ is volgens Vitalski een goed voorbeeld hoe je een biografie verknoeit. Als je een literaire biografie schrijft of verfilmt, begin ze dan niet te mengen met je eigen gedachten en emoties. Als het leven van een mens al dramatisch en spannend genoeg was, geef zijn biografie dan gewoon de vorm van een boodschappenlijstje. Of toch maar niet?

Er zijn bezwaren denkbaar tegen opsommingen. Auteurs die zich graag aan deze stijlfiguur vergrijpen (Multatuli, Diderot, Boccaccio), doen een beroep op een zekere, vooraf verkregen welwillendheid bij de lezer. Iemand die je graag hebt, zal jou mogen aanspreken in eender welke vertelvorm. Van mensen die je minder graag mag, hoop je tenminste dat ze meteen terzake komen. De biografie daarentegen, als een genre, schijnt een uitzondering te zijn op die regel. De lezer van een biografie wil de feiten rond zijn hoofdpersonage zo naakt en zo alles omvattend mogelijk opgediend krijgen, de integrale boodschappenlijst, het liefst zonder te veel interpretatie, zo chronologisch als maar kan, het hele ding op een rijtje. Dat chronologische staat garant voor een verhaaltechnische spanningsboog. Het stuurt zo'n opsomming hoe dan ook een richting in: die van geboorte naar dood, een eindpunt dat de lezer, stap voor stap, ongezeglijk, ziet naderen, bijna als bij het lezen van een detective.

Volgens de bekende bioloog Dirk Draulans duidde de grote belangstelling voor biografieën rond Charles Darwin op de voorbije Antwerpse Boekenbeurs ook bij de goegemeente op een hernieuwde wetenschappelijke interesse voor de evolutietheorie. Zelf leid ik er juist de inwisselbaarheid van het onderwerp uit af. Vandaag was het die gekke, Victoriaanse dwerg, morgen zal het de beurt zijn aan Jean-Jacques Rousseau of desnoods Mercator. De feiten zijn wel van tel, maar dan als een stijlfiguur. Ziedaar het simultane van, op de markt, de opkomst van de biografie enerzijds en de neergang van de psychologische roman anderzijds. Het mag fijn zijn om terloops iets bij te leren, vooreerst verlangt de lezer naar emotie. In het bijzonder door dat chronologische, dat gemeenschappelijk is, identificeert hij zich met zijn hoofdpersonage en onderwerpt hij zich aan een vivisectie op zijn eigen vergankelijkheid: om daar geheid ontroering te vinden - met het thema van de dood als een ultiem stilistisch paardenmiddel.

Tegenovergesteld aan een zo nuchter mogelijke weergave van feiten is de film ‘Marie Antoinette’ van Sofia Coppola. De manier waarop de historische Marie Antoinette in deze film dienst doet als een mannequin, zuiver ten dienste van de projecties van de auteur, is bijna programmatisch. Het eerste halfuur van de vertoning schijnt schools biografisch; daarna laat Coppola haar eigen demonen op deze geschiedenis los; een combinatie van perfect geschoten plaatjes met een hoogstpersoonlijke muziekkeuze, nadrukkelijk eigentijds - door het anachronisme van die muziek alleen al, trekt de regisseur alle aandacht naar zichzelf toe, als iemand die bezig is haar emoties uit te drukken. En die zich daar overigens bedreven in betoont - ook zelf, zoals haar hoofdpersonage, een perfect opgevoede rijkeluisdochter zijnde.

Ziehier echter een heel zuivere biografie: het eenvoudige, tweehonderd en nog wat pagina's tellende geschrift ‘Marie Antoinette’ van John Hearsey. Vooraf wetend welk lot het personage beschoren is, lezen vooral die broodnuchtere passages uitputtend emotioneel waarin Marie Antoinette, na té lang talmen, dan eindelijk toch in een gele koets uit Parijs wegvlucht. De sobere weergave van deze waargebeurde verwikkeling biedt op natuurlijke manier een schoolvoorbeeld voor spanningsopbouw. Terwijl de lezer zo vlug mogelijk vooruit wil, laat de Koning, slechts half gemaskerd, eerst nog halt houden voor een babbeltje met de locale bevolking. In zo'n spanning baadt dit ganse geschrift, dat uit zichzelf pleit voor meer wetenschap en minder artistieke inmenging. Dat gebeurt vanuit een geschiedkundige deontologie, maar integendeel met oog op entertainment en ontroering. De beste biografie, ook de literaire biografie, is dan ook de boodschappenlijst zonder veel meer.

archief

reacties


Judith van Praag - 27/04/09

Beste Vitalski, Een droge biografie verstaat zich tegenover een (kunst)film (of theaterstuk) als een appel tot een sinaasappel. De biografie in de vorm van een boodschappenlijst van George Seurat zal afdoende zijn voor art dealers en kunsthistorici die op feiten belust zijn. 'Sunday in the Park with George' (Sondheim en Lapine 1984) daarentegen blaast leven in een feitelijk droog verhaal. De eerste vorm houdt vast aan zuivere verslaggeving, de tweede maakt van dat droog 'verhaal' een kunstwerk. Vergelijk het op feiten berustende bericht in de krant over de brute moord op een gezin met 'In Cold Blood', het literaire non-fictie meesterwerk van Truman Capote. De een is nieuws, de andere is kunst. Maar het niet nakomen van afspraken met de lezer is weer een ander verhaal. Door zichzelf een rol toe te bedelen in 'Dutch: a memoir of Ronald Reagan' voldeed Edmund Morris b.v. niet aan de verwachting die lezers hebben van een biograaf, voor velen was dit boek een rotte appel.


Emma Janssens - 1/05/09

Ik kan er ook niet bij dat je een biografie beter herleidt tot feiten. Als een biografie wordt gepubliceerd, literair of niet, gebeurt dat meestal toch omdat er iets interessants te vertellen is over de persoon in kwestie: een interessant leven, interessante ontmoetingen of reizen, interessante ideeën. Daar hoort voor mij veel duiding bij: waarom is dat interessant, wie is de mens achter de ervaring of de opinie. Het wordt pas echt boeiend als een schrijver zich daarmee gaat bezig houden en gaat interpreteren. Een buitenstaander legt immers verbanden waar de betrokkene aan voorbijgaat of die hij evident vindt. Uit een biografie wil ik leren en daar helpen boodschappenlijstjes me helaas niet bij.


Huub de Bel - 6/05/09

Beschouw een biografie (eigenlijk de lezers) als een sollicitatiepanel, als supermarktklanten of als gasten in een restaurant.
Een indrukwekkend CV, boodschappenlijstje of menukaart geven richting.
Opgevraagde informatie van scholen en vorige werkgevers omtrent de sollicitant, de inhoud van de winkelwagen en wat je daarmee thuis kan doen en of de prestaties van de kok naar oordeel van de eters waarmaken wat hij belooft geven betekenis en diepte aan lijstjes.
De uitverkoren sollicitant gaat met pensioen en, met een beetje pech al eerder, dood.
Van de winkelwagen eindigt 60% in de Klikobak en de sterrenkok weet donders goed dat z'n kunsten in het riool belanden.
De biografie van Elsschot (Jan van Hattem, 2004) eindigt met een citaat van Vic van de Reijt: "Kort samengevat zijn levens altijd triest". Dik van de Meulen (2003) besluit met: "Tevreden was Multatuli niet". Om tot die conclusie te komen waren wel ruim 530 resp. 730 pagina's nodig. Hoezo boodschappenlijstje?
Laat biografen lekker doorgaan met met verantwoord onderzoek en met suggesties en interpretaties die de bekende feitelijkheden moeten larderen. Een betrokken biograaf laat de lezers niet uit de muur eten maar serveert ook af en toe een amuse tussen de kroketten.
Waarom is er geen 1800 pagina's biografie van J.S.Bach? Omdat er nauwelijks iets over hem bekend is (gebleven).
Zijn biografie is dus een waarlijk boodschappenlijstje.
BWV 1 - 1090 of zo. Als bijlage bij z'n Complete Werken. Het Kruidvat!)
Nu nog een biograaf gevonden die mijn 0.80 meter Voskuilboekenplank in een handzaam werkje gaat beschrijven. En daarin wil ik niet lezen wat ik al weet!







print pagina

Door het gebruik van stijlbladen is geen aparte 'print pagina' nodig. Gebruik de 'print' functie van uw browser.



tekstgroottekleinmiddelgroot

     
recente reacties

Huub de Bel:
"Beschouw een biografie (eigenlijk de lezers) als een sollicitatiepanel, als..."

Emma Janssens:
"Ik kan er ook niet bij dat je een biografie..."

Judith van Praag:
"Beste Vitalski, Een droge biografie verstaat zich tegenover een (kunst)film..."