Acteurs zijn geen taalopvoeders, waarom zouden ze ook?
Wouter Hillaert, freelance theaterrecensent voor De Standaard en podiumredacteur bij rekto:verso - 20/11/09
Tv-soaps met acteurs die geen Algemeen Nederlands maar tussentaal spreken, zouden dé oorzaak zijn van taalverloedering. “Belachelijk natuurlijk”, vindt theaterrecensent Wouter Hillaert. “Moeten acteurs niet in de eerste plaats goed acteren? Je kunt van voetballers net zo goed eisen dat ze analfabetisme bestrijden.” En hoe denkt u hierover? Reageer nu.
Alles begon met een stelling van professor zakelijke communicatie Stijn Verrept in De Standaard. Hij wees tv-series aan als grote schuldige voor de algemene verdringing van de standaardtaal door een Brabantse tussentaal. Radio en kranten volgden enthousiast: met debatjes voor en tegen dialectinvloeden, statements van taalcoaches en producers, vurige verklaringen van de ‘schuldige opleidingen’. Op de set van Het goddelijke monster, een geplande serie naar de roman van Tom Lanoye voor publieke tv-zender Eén, wou men het logische West-Vlaamse dialect van de personages meteen vervangen door AN. Een voetbalcoach die tijdens de rust zijn hele spelconcept omgooit omdat de supporters morren, grijpt minder in.
Waarom ontketent het taalgebruik in fictieseries zo’n storm (in een glas water)? Veel heeft natuurlijk met louter commerciële argumenten te maken. Het volk klaagt over de verstaanbaarheid van zijn series en veel volk vormt al gauw een consumentengroep. Verder speelt de Vlaamse obsessie met taalzorg weer op. Die fixatie is het begrijpelijke resultaat van de decennialange taalstrijd van de underdog in de Vlaming. Maar nu die ontvoogding tegenover het Frans en het Nederlands-Nederlands bereikt is, klinkt elk normatief taalpurisme al gauw als de koorzang van ‘één natie, één taal’. Zou in Nederland of de VS met hetzelfde vuur over dit soort kwesties worden gedebatteerd? Naar mijn gevoel heeft men daar de realiteit van een pluriforme samenleving, waarvan vele talen de basis vormen, al een stuk beter verteerd. In Vlaanderen heerst de schizofrenie. Jan-met-de-pet trekt ten strijde tegen een regionalisering van de standaardtaal - het Antwerps als een nieuw soort standaardtaal - vanuit net dezelfde regionalistische reflex: zijn hardnekkige afkeer van Antwerpenaren.
Sprekend was echter vooral hoe die taalkwestie vanzelf verschoof tot een nationale jurering over de kwaliteit van onze acteurs. ‘Netjes praten, ze kunnen het niet meer’, was zowat de vaakst gehoorde terechtwijzing. En dat lessen ‘uitspraak’ niet meer dezelfde aandacht krijgen in de toneelopleidingen leek bijna godslastering. Mocht die consternatie logopedisten, leraars Nederlands of nationale nieuwslezers betreffen, ik zou ze delen. Zij hebben inzake taal een educatieve voorbeeldfunctie te vertolken. Zo er nog een norm moet zijn, is het hun verantwoordelijkheid die te belichamen. Maar acteurs? Moeten acteurs niet in de eerste plaats goed acteren? Je kunt van voetballers net zo goed eisen dat ze analfabetisme bestrijden.
Dat blijkbaar ook fictieseries het voorbeeld moeten geven, illustreert niet alleen de genoemde schizofrene taalfixatie. Dit soort taaleisen aan acteurs illustreren de beperkte blik van de goegemeente op theater in het algemeen. Opnieuw windt zij zich enkel op over zaken die oneigenlijk zijn aan de artistieke praktijk zelf. Eerder was er gedoe over pikante affiches, het gebruik van religieuze symbolen, Franse boventiteling in Nederlandstalige instellingen. Nu gaat het over nette taal: een relict uit de tijd dat toneel of film nog een opvoedende rol diende. Toen breed gesticulerende eersteplansacteurs hun publiek bombardeerden met eloquente volzinnen die niemand begreep. Vandaag is de gekozen taal een artistieke keuze: in dienst van geloofwaardige personages in soaps, in dienst van humor, vervreemding of muzikaliteit op toneel. Kunnen we het daar eens over hebben?
Net zoals een taal leeft en verschuift, is ook de acteerpraktijk iets dynamisch. Gelieve dat te aanvaarden, in plaats van eens te meer de restauratie af te roepen.
janien van The Sausage Machine - 25/11/09
... En ik die dacht dat het einde van de standaardtaal al lang was ingeluid?! Tussentaal rules! ja toch? Overal is het veeltalenvariantenbal, niet enkel waar de meisjes zijn: op kantoor, in de leraarskamer, de klas, de leeskring, op vergadering, in werkgroepen, ja ook op radio en tv en in podcasts. Ja, wie beheerst nog dat énige échte AN? Jan T' Sas noemt ze in mooi m/v- en VL/NL-evenwicht: Martine Tanghe en Philip Freriks! Wie biedt meer taalgebruikers? De groepen met "educatieve voorbeeldfunctie": zijn die allemaal 'zuiver op de graat'?
Aankomende leraren Nederlands moeten naar de logopedist omdat ze anders niet snel genoeg remediëren. Boter aan de galg? En wat met de andere vakleraren, wat met de kleuter- en basisschool? Zou je daar dan geen AN mogen verwachten? Versta me niet verkeerd: ik blijf mijn best doen om AN te gebruiken, om mijn taal aan te passen aan de situatie, maar ik wil zeker ook niet blind (of beter doof) zijn voor de vele taalvarianten rondom mij, én de eeuwige taalverandering door het taal(ge)(ver)bruik. Taal lééft, taal evolueert. Ze kruipt waar ze niet gaan kan.
Dat van die taal van de acteur: dat is inderdaad een onzinnige discussie. Die acteur spreekt toch de taal die 'past' in het verhaal, of dat nu Duits-met-haar is of ABN van 1950 of Antwerps of Rotterdams gekleurde tussentaal of managersspeak anno 2010 ... Wouter Hillaert heeft hier volkomen gelijk!
|
Theo - 25/11/09
Het lijkt wel of alles te veel gevraagd is tegenwoordig. Stel je voor zeg, een acteur die OOK goed Nederlands kan spreken als dat gevraagd wordt! Wat een onmenselijke eis! Als dat echt niet van belang is, kunnen er op de toneelacademie enkele vakken worden afgeschaft.
Trouwens, als de taal er niet toe doet, dan huren we toch gewoon een paar Nederlands-onkundige acteurs uit een derdewereldland in. Veel goedkoper. Kunnen we dubbel zoveel producties maken. En dat Nederlands? Ach, dat leren we ze wel fonetisch uit te spreken. Want ook met gezichtsuitdrukkingen en gebaren kun je zoveel zeggen .....
De vergelijking met voetballers die het analfabetisme moeten bestrijden, raakt kant noch wal. Een analfabetische voetballer kan een uitstekende voetballer zijn. Wat voor een voetballer zijn linkerbeen/rechterbeen is, is voor een toneelspeler zijn taal.
|
Maurice Vandebroek - 26/11/09
Ik ben het met Wouter Hillaert eens dat je acteurs er niet op kunt aankijken dat ze tussentaal gebruiken als het stuk / de serie / de film daarom vraagt. En dat ze verantwoordelijk zouden zijn voor de eventuele taalverloedering is inderdaad helemaal van het gekke.
Maar je kunt ze wel kwalijk nemen dat ze de verkeerde tussentaal gebruiken. Van een beetje acteur mag je verwachten dat hij een paar verschillende taalregisters onder de knie heeft. Standaardnederlands, bijvoorbeeld, maar ook een paar sociale en/of regionale varianten. Of hij heeft genoeg beroepsernst en vakkennis om die aan te leren als de situatie erom vraagt, of hij beperkt zich tot de registers die hij beheerst en dan hoeft hij niet te komen klagen over typecasting.
[Vlaamse voorbeelden, de Nederlandse kan ik, zelf Vlaming zijnde, moeilijk beoordelen.]
- Er zijn heel wat acteurs die een Standaardnederlandse tekst heel overtuigend kunnen brengen. Prima, maar eigenlijk zou dat een basisvaardigheid moeten zijn.
Dialect of, voor wat meer verstaanbaarheid, tussentaal met de juiste geografische kleur: moet mogen kunnen, maakt het allemaal veel authentieker.
- West-Vlaams in 'Het goddelijke monster'? Heel logisch en terecht, volgens mij.
- Gents in 'Aanrijding in Moscou'? Klopte perfect, heel goed gedaan.
- Verkavelingsvlaams (dat best wel lijkt op Aantwaarps) in 'Langs de kade'? Paste prima.
- Een soort van Standaardnederlands in 'Flikken', dat voor het Nederlandse publiek tóch moet worden ondertiteld en dat mijlenver verwijderd is van het Gents, terwijl de reeks in die stad speelde? Heb ik altijd een gemiste kans gevonden.
- Haspengouwse fruitboeren in 'Katarakt' die Brabantse tussentaal spreken? Eén aflevering heb ik het volgehouden.
- Aan 'De smaak van de Keyser', over een Hasseltse familie, ben ik niet eens begonnen, maar ik hoorde van Limburgers dat de taal een heel mooi Mechels of Antwerps was. Tja...
Bij het geloofwaardig neerzetten van een personage hoort ook het beheersen van de juiste taalvariant. Toegegeven, dat zal vaak niet perfect zijn, maar dat is niet zo belangrijk. 'Geloofwaardig' is het sleutelwoord.
In andere taalgebieden lukt dat prima, waarom zouden Nederlandstalige acteurs dat niet kunnen? Volbloed Ieren zullen wellicht wat lacherig doen over het Iers dat Brad Pitt spreekt in 'The Devil's Own', maar de rest van de wereld herkent het wel als Iers.
Hugh Laurie is zo Brits als high tea en the pantomime season, maar toch heb ik twee volbloed Amerikanen, fans van de tv-reeks 'House MD', horen discussiëren over zijn afkomst: "Massachusetts, definitely. Probably Boston." "No, no, Michigan, with lots of New York influences. Probably went to university there." Yeah right.
|
Felix van de Laar - 26/11/09
Maurice kijkt en luistert goed. Als Nederbelg houd ik heel erg van de taal die groepen als De Roovers of de Compagnie of de club van Geert Hautekiet in hun stukken hanteren. Ik versta ze omdat ik hier al even woon. Hautekiet vertelde me dat ze ook op Oerol hadden opgetreden, met evenveel succes. Als er goed wordt gespeeld komt de taalvariant dus wel mee over het voetlicht.
Er is wel een klein maartje aan. Als ik in het Angelsaksische of Duitstalige of Franstalige buitenland naar theater ga ben ik wel erg blij dat ze min of meer de standaardtaal spreken en niet een dialectische variant of tussenvariant, want ik zou veel missen (idem bij niet-ondertitelde films waarin mensen een dialect spreken). Nou zijn er weinig niet-Nederlanders en niet-Vlamingen die Nederlands theater zullen bezoeken. Maar ik vraag me wel eens af hoe tweedetalers het doen: alle varianten verstaan. Heb je in Gent Nederlands als tweede taal geleerd, kun je er in Hasselt of Haarlem geen kant mee op!
|
Claudia - 26/11/09
Acteurs moeten het AN wél beheersen en gebruiken. Als ze de gewoonte hadden om in hun dagelijkse leven het AN te hanteren, dan zouden er geen problemen zijn. Maar aangezien een grote meerderheid dat Nederlands niet gebruikt, ... ja, dan gaat het inderdaad vlug houterig of kunstmatig klinken als je hun vraagt Nederlands te spreken. Ze kunnen het gewoon niet. Ze kunnen geen natuurlijk AN spreken, ze kunnen niet vrijen, ontroeren, huilen, woedend zijn in het Nederlands. Uit armoe gebruiken ze dan tussentaaltjes.
Soms kom je als acteur gewoon niet aan de bak als je alleen AN spreekt en geen dialect machtig bent. Een werkster in Parijs spreekt een even goed Frans als een bankbediende of leraar. In Vlaanderen ... ????????? Dialect is wel verantwoord in echte streekstukken, dat maakt er juist de charme van uit, maar ook daar wordt jammer genoeg niet aan gewerkt.
Ik sluit me bij Maurice Vandebroek aan in zijn commentaar op de series met een lokaal karakter en waarin men dan de couleur locale grandioos heeft gemist. Behalve voor 'Flikken', daar is het Gents niet noodzakelijk omdat het thema een meer algemeen domein bestrijkt.
Maar ik zou nog verder willen gaan. Als de onderwijsmensen (en dan denk ik in de eerste plaats aan kleuterleiders en -leidsters, onderwijzers en onderwijzeressen) het Nederlands zouden beheersen en gebruiken in hun dagelijkse omgangstaal met hun kleuters en leerlingen, ja, dan zou het de goede kant kunnen opgaan.
|
JosB - 26/11/09
De grootste afknapper op taalgebied vond ik eerlijk gezegd de kennismaking met een opname van Nynke Laverman. Haar (waarschijnlijk oerfriese) eigen taal/dialect is vervangen door waarschijnlijk het meest perfecte en daardoor meest stomvervelende kleinkunst-academie-nederlands dat ik ooit heb gehoord. Jammer.
|
Rita - 27/11/09
De reacties van Maurice Vandebroek en Claudia zijn m.i. de meest objectieve. Daar sluit ik me volkomen bij aan. Volgens mij heeft Claudia gelijk wanneer ze stelt dat wie in het onderwijs werkzaam is het AN moet beheersen. Het 'probleem' taalverloedering bij het gebruik van een tussentaaltje door acteurs is dan ook van de baan, omdat iedereen dan weet dat dat geen AN is.
Als acteurs geen AN willen of kunnen beheersen, zullen ze zich tevreden moeten stellen met minder belangstelling voor hun optreden.
|
maurits - 27/11/09
ik, kaaskop, zie graag vlaamse series, witse voorop. leuk dat ze daarin vlaams klappen. leerzaam. soms ontgaat me iets. zet ik 888 aan op teletekst, kan ik het volgen. het leuke van europa, dat graag eenheidsworst speelt, is dat regionalen zich daartegen verzetten door de streektaal (evenals het streekproduct) naar voren schuiven. leuk hoor!
|
Trees - 28/11/09
Veelzijdigheid, dat beheerst een degelijk acteur toch in alle expressiemogelijkheden. Echte acteurs moeten veel / alle registers kunnen opentrekken, ook die van het AN. En dan heb ik het niet alleen over uitspraak en / of accenten maar ook over woorden en zinnen. Je kunt een personage natuurlijk met ondingen als 'ik heb zoiets van ... naar de mensen toe ...' ook wel perfect typeren.
|
A. Wijnants - 30/11/09
Brantwerps? Dialecten en regiolecten voor de locals - Algemeen Nederlands voor het gezamenlijke taalgebied! Waarom? Het draait om 'respect'. Vooral logisch als je de Limburger bent die zich voortdurend de neerbuigende houding tegenover zijn taal en cultuur moet laten welgevallen. De serie Katarakt was hoogst lomp, onbehouwen, een echte staaltje centralistisch 'Brantwerps' taalimperialisme, waaraan niet alleen de simpele acteur zich schuldig maakte, maar meer nog zijn producer en alle andere cultuurboeren die iets te zeggen hebben in het culturele en commerciële landschap in en rond Brussel-Antwerpen. Met iets of wat culturele en professionele integriteit hadden de bewuste acteurs best geweigerd om die rollen in die vorm te aanvaarden. Een tandarts haalt ook geen amandelen weg, hoewel hij er dichtbij is. Lap dat maar eens met allochtone minderheden, dat misprijzen voor iemands cultuur. Met de bescheiden Limburger kun je dat. Het gaat om hetzelfde pedante paternalisme dat ons in de vorige eeuw het katholicisme bijbracht. Alleen wordt ons nu Brantwerps als zaligmakende leer voorgehouden. Een irritant taalimperialisme.
Feit is wel, dat Limburg de regio is, die nu al vijftig jaar lang met enorme taalvariëteiten geconfronteerd wordt en er nog goed mee omgaat ook. Niemand schijnt dat te weten. Brantwerpers kunnen hier hun manieren komen leren - en respect. Veel Limburgers kennen geen dialect meer, jammer. Ze hebben het prijsgegeven door en voor de ontsluiting van onze provincie, de mijnen, Ford... Talloze Belgen uit andere provincies zijn hier een toplaag komen vormen. Denk vervolgens aan de golven Italianen, Polen, Oekraïeners..., recenter Turken, Marokkanen die met hun eigen talen en culturen in het Limburgse taal- en cultuurpatroon aangekomen en opgenomen zijn. Als wij arrogant ons AN (of ons Limburgs) als culturele norm hadden opgelegd, kreeg je nu niet dat warme Turks-Limburgs getinte Nederlands. Een variant die er evengoed mag wezen als het op goedkope effecten inspelend brabbeltaaltje uit de soapseries. Het is plaats laten voor de anderen: respect! Taalrespect. In onze provincie word je ontvangen in het AN en deel je cultuur in het AN. Als wij onze talloze immigranten in het Limburgs hadden ontvangen, kwam er nooit sprake van Turkse integratie. Dat is respect: het gebruik van een algemene omgangstaal in gepaste situaties, dus ook in breed verspreide soapseries.
De dialecten werken local. Van een dialect, of een regiolect, of een taalvariant, weet je dat het geen algemene geldigheid heeft, dat is de taalcode. Het heeft zijn geldigheid in een bepaalde omvang; je kinderen spreken geen jongerentaal met je, een Truienaar spreekt geen dialect met een Genkenaar. Maar de vertegenwoordigers van het Brantwerps stellen zich subtieler op. Zij schenden deze taalcode, door te pretenderen dat zij - dus o.a. de 'clique' van Brantwerpse acteurs, en de mensen die in zulke producties beslissen - in én met hun taaltje, en alleen zo, zich volledig kunnen manifesteren, mentaal, emotioneel, cultureel... De Brantwerpers nemen een monopolie op hoe je je moet uitdrukken, hoe je cultureel manifesteren. Zij monopoliseren het hele culturele gebeuren, en ook het taalproces. Het is een hele taalverarming. Een soapserie moet in het Brantwerps, waarom? Een raadsel maar een feit!. Ik heb dat nooit besteld en volgens mij ook de simpele Brabander uit Korbeek-Lo niet.
Deze hele ontwikkeling heeft dus alles te maken met centralistisch taalimperialisme. Ik blijf erbij, dat een soapserie die een landelijke verspreiding kent, dus via kabel bv., AN moet hanteren, de minimale houding van respect voor alle andere culturele entiteiten die deel uitmaken van onze Vlaamse samenleving. En als de acteurs genoeg acteerniveau hebben, kunnen zij zich evengoed uitleven in het AN. Komaan, het verschil tussen het AN en het Brantwerps is geen taalverschil zoals Nederlands en pakweg Chinees, het is een variabel verschil, een gedifferentieerde vorm van Nederlands. En als men toch beslist een Brantwerpse creatie wil plegen, zoekt men toch de juiste locatie daarvoor.
Soms zie ik het zo, eerder grofweg. Wat als de Brantwerper zijn monopoliserende taalvariant niet op zou kunnen leggen aan Vlaanderen? Gaat hij dan misschien naar Brussel om Frans te praten? Het valt te overwegen, waarom hij er in Brussel en omgeving historisch lang niet in slaagt om hetzelfde te doen.
Tot slot: komisch dat bij onze noorderburen de situatie helemaal anders draait! Het Brantwerps aldaar, het Noord-Brabants, is een te negeren variant t.o.v. het Randstad-Hollands, met weinig impact op taal en cultuur i.t.t. haar zus hier in Vlaanderen. Bewijs dat het bij ons duidelijk om taalimperialisme gaat en niet om het afleveren van sprekender taalvarianten, van betere cultuurproducten, van gevoeliger taalcreaties. Dat zijn pure drogredenen. 't Is niet omdat je een Limburger niet hoort, dat hij het niet doorheeft.
|
Ludo Beheydt - 3/12/09
Uiteraard zijn acteurs geen opvoeders, maar van een goed acteur verwacht ik nog steeds een verstaanbare taal, van Kortrijk tot Groningen. En dat schiet er steeds meer bij in. Ik heb geen behoefte aan een verwaterd Brantwerps, zoals het nu ook door niet Antwerpse acteurs wordt vermalen. Niets klinkt onechter dan een slecht geïmiteerde taalvariant. Nu hoor ik West-Vlaamse acteurs een soort Brabants wauwelen dat zo vals klinkt als een slecht gestemde gitaar. Voor mij is het duidelijk gearticuleerde en verstaanbare woord nog steeds onderdeel van een goede acteursprestatie. Dat is steeds verder weg. Ik geef de voorkeur aan een Nederlandssprekend acteur met een authentiek accent, of dit laatste nu Limburgs of Turks is, boven een tussentaal die kant nog wal raakt.
Met vriendelijke groet,
Ludo beheydt
|
Ruud Goedknegt - 6/12/09
Het Nederlands is een levende taal. Er verandert dus af en toe iets. En daar moet u aan meedoen, of u wilt of niet. Zo heeft de Nederlandse regering in 1972 in internationaal overleg afgesproken de digitale datum te schrijven in de volgorde jaar-maand-dag-(uur-minuut-seconde). Dit om chaos in datering en houdbaarheidsdata te voorkomen. De regeringen van talloze landen hebben gezorgd dat hun volk om is. Onze regering is niet zo goed in regeren. Toch laat het stijlboek van de Ministeries duidelijk weten hoe het moet. U zou het dus ook moeten weten. Dus vermeld alstublieft de datum waarop een reactie binnenkomt op de juiste wijze.
Zie: google W3CDTF -- http://stijlgids.overheid.nl/ en
http://www.itsmarc.com/crs/arch0567.htm
|
Johan Nijhof - 8/12/09
Mij lijkt niet dat de wijziging in de schrijfwijze van de digitale datum een bewijs is dat Nederlands een levende taal is.
Opgelegd van hogerhand en met leven heeft het bar weinig te maken.
Meedoen, of we willen of niet? U brengt me in verleiding.
Hmm... burgerlijke ongehoorzaamheid is altijd aantrekkelijk.
|
|
Door het gebruik van stijlbladen is geen aparte 'print pagina' nodig. Gebruik de 'print' functie van uw browser.
|
|