home > reportage > Vrouwen geven andere complimentjes dan mannen

reportage

Vrouwen geven andere complimentjes dan mannen

Tekst: Mieke Zijlmans; foto’s: Ben Salemans - 21/01/05

Complimenten geven of krijgen is een delicate zaak. We moeten ons houden aan allerlei stilzwijgende afspraken: hoe maak je een compliment, hoe reageer je erop? Bovendien schalt de loftrompet anders voor vrouwen dan voor mannen. Communicatiedeskundige Agnes Verbiest schreef een boek over de goede zeden in complimentenland, maar vooral ook over de voetangels en klemmen waarmee het pad er is bezaaid. U bent gewaarschuwd.

Dr. Agnes Verbiest: ‘Het uiterlijk is onder vrouwen het favoriete onderwerp. Daarbij zijn zij niet kieskeurig wat betreft de waarheid.’

Actrice Adelheid Roosen beschreef eens treffend het probleem waarmee een compliment de ontvanger kan opzadelen: ‘Je moet eens op een compliment zeggen: ‘Bedankt, dat vind ik ook. Ik vind het rete-goed. Ik heb het knap gedaan.’ Moet je eens kijken wat er dan gebeurt. Want DAT was niet de bedoeling. Jij moest gewoon weer als een dweil op je stoel zakken en zeggen: ‘O, wat leuk, bedankt, hi, hi, nou ik doe ook maar wat’.’

Het citaat van Adelheid Roosen is opgenomen in Als ik jou toch niet had. De taal van complimenten van taalvorser Agnes Verbiest. Maar zo onomwonden bevestigend als Roosen ‘mag’ je op een compliment niet reageren: complimenten geven en ontvangen is impliciet gebonden aan conventies.

‘Complimenten als communicatievorm boeiden me al jaren, maar ik was er nooit aan toe gekomen er serieus op in te gaan’, vertelt Verbiest. Ze maakte naam als taalbeheerser aan de Leidse universiteit, waar ze zich bezighield met argumentatietheorieën, conversatieanalyse en genderlinguistiek. Binnen die context verzamelde ze in de loop der jaren veel voorbeelden, vroeg studenten hetzelfde voor haar te doen en zocht – voornamelijk buitenlandse - literatuur over dit onderwerp bij elkaar. Resultaat van dit alles is het boek dat er nu ligt.

Diep gevleid

Complimenten, zegt Verbiest, liggen in het verlengde van conversatieanalyse in het algemeen: tweerichtingsverkeer, waarin mensen om beurten aan het woord komen. Het mag als een open deur klinken, maar een compliment kent twee invalshoeken: die van de gever en die van de ontvanger.

Streamertekst: “Vrouwen geven makkelijker complimenten dan mannen”

Oppervlakkig beschouwd zou je zeggen: gevers merken iets op aan ontvangers dat ze geweldig vinden, zeggen daar iets vriendelijks over dat welgemeend is en recht uit hun hart komt. Ontvangers zijn vervolgens diep gevleid, aanvaarden het compliment in dank en hun dag is weer goed. Maar zo simpel en oprecht is de werkelijkheid vaak niet, stelt Verbiest vast. De gever kan met een compliment verschillende dingen bedoelen; sterker: er verschillende doelen mee willen bereiken. Maar ook de ontvanger heeft meerdere opties, van volmondig beamen tot helemaal afweren. In haar boek gaat Verbiest in op de aanpak en motieven van beide partijen.

In het zonnetje

Je hebt twee soorten complimentjes: het ‘solidariteitscompliment’ en het `aanmoedigingscompliment’. Bovendien gaan mannen en vrouwen daar verschillend mee om.

Een complimentje van laag naar hoog wordt gemakkelijk voor vleierij aangezien.

‘Door iets te prijzen wat de ander ook prijzenswaardig vindt, kan de complimentgever duidelijk maken hoe verbonden spreker en hoorder zijn, hoezeer ze dezelfde waarden delen’, schrijft Verbiest over een solidariteitscompliment. Dit type compliment komt vooral veel voor tussen sociaal of maatschappelijk gelijken, en dan vooral tussen vrouwen: ‘Het uiterlijk is onder vrouwen het favoriete onderwerp en daarbij zijn zij niet kieskeurig wat betreft de waarheid.’ Dat resulteert in het bekende commentaar op elkaars voorkomen: ‘Wat zie je er beeldig uit!’ ‘Enige schoenen heb je daar!’ ‘Wie heeft jouw haar zo mooi geknipt?’ Met solidariteitscomplimenten zijn vooral vrouwen gewend elkaar eventjes in het zonnetje te zetten.

Mannen, stelt Verbiest, zijn niet zo royaal met solidariteitscomplimenten. ‘Dat komt doordat voor hen een andere betekenislaag van het compliment van belang is. Drukken vrouwen ermee uit dat de sfeer goed is en dat ze dat zo willen houden, mannen geven met hun compliment weliswaar ook affectie te kennen, maar ze geven er vooral een serieus te nemen positief oordeel mee weg.’ Anders dan vrouwen, zeggen mannen niet zomaar iets vleiends, louter opdat de ander zich prettig zal voelen: ‘Als ze het niet menen, zullen ze ook niet graag iets positiefs over iemands uiterlijk, prestatie, bezit of karakter zeggen.’

Peuter

Minder eenduidig in aanpak en uitvoering, en diffuser door het wisselende effect op de ontvanger is het zogenoemde aanmoedigingscompliment. Dit type compliment komt vooral voor tussen mensen met een ongelijke status, zoals ouders en kinderen, of werkgevers en werknemers. Deze vorm ‘gaat vooral van hoog naar laag, omdat andersom, van laag naar hoog, gemakkelijk voor vleierij kan worden aangezien.’ Deze complimenten gaan niet over uiterlijkheden, maar doorgaans over prestaties, over werk en dergelijke.

In zekere zin ‘bestuurt’ de gever de ontvanger met zo’n compliment, om niet te zeggen: probeert de spreker de toehoorder te manipuleren, of dat nu bewust is of onbewust: ‘Ze kunnen voor de ontvanger een aanmoediging vormen om voortaan gewenst gedrag te gaan vertonen. Wie een peuter prijst omdat het bordje zo vlot is leeggegeten, bereikt daar zeer waarschijnlijk mee dat het morgen weer net zo goed zal gaan.’

Opslag

Moet je hieruit besluiten dat mensen geen behoefte hebben aan aanmoedigingscomplimenten? Want wie wil er nu vrijwillig gemanipuleerd worden, en zeker door een hoger geplaatste persoon� ‘Nee, dat ligt subtieler’, legt Verbiest uit. ‘Vooral werknemers krijgen juist graag aanmoedigingscomplimenten, omdat die een oordeel inhouden over hun prestaties en niet over hun haardracht.’ Verbiest haalt het voorbeeld aan van een vrouwelijke werknemer die van de baas voortdurend pluimen krijgt voor haar uiterlijk, terwijl hij met een mannelijke collega de zakelijke problemen bespreekt. Ze voelt zich daardoor niet serieus genomen als werknemer, ze wil liever ook worden aangesproken op haar vakkennis dan op haar kleding.

Vooral vrouwelijke werknemers zijn tuk op aanmoedigingscomplimenten. Ze nemen die zelfs serieuzer als blijk van waardering voor hun functioneren dan zuiver zakelijke opstekers zoals een bonus of opslag, stelt Verbiest met verbazing vast.

Help, een compliment!

Zo komt Verbiest terecht bij de positie van de ontvangers van complimenten. ‘De grote moeilijkheid van complimenten is dat we in andere vormen van communicatie gewend zijn overal antwoord op te geven. Maar het is lastig iets terug te zeggen wanneer je een compliment krijgt.’ Bovendien rekent de gever op een antwoord; hij wordt onzeker wanneer er geen reactie komt:
Spreker: ‘Je hebt nog hard gewerkt, joh!’
Ontvanger: ‘...’
Spreker: ‘... of had je het meeste al af?’
Punt is, legt Verbiest uit, dat de ontvanger van een compliment eigenlijk twee reacties moet geven: een op de lofuiting, en een op het waardeoordeel. Dat levert echter problemen op. Verbiest: ‘Als iemand komt met een waardeoordeel, is het de sociale conventie het daar altijd mee eens te zijn. Dan is het lastig om het oneens te zijn. Anderzijds mogen we lofprijzingen niet volmondig beamen, want eigenroem stinkt!'

Mooi én meedogenloos

Vrouwen strooien relatief makkelijk met complimenten, terwijl mannen daarin veel terughoudender zijn. Dat zuinig zijn met complimenten komt volgens Verbiest doordat mannen daarmee doorgaans een heel serieus oordeel geven: ze zeggen alleen tegen iemand dat die er mooi uitziet als ze dat echt menen.

Als mannen complimenten krijgen, reageren ze anders dan vrouwen.

Door complimenten uitdelen zo ernstig te nemen, gaan mannen met het krijgen ervan ook anders om dan vrouwen. Belangrijk in dit opzicht is het effect dat een compliment volgens mannen heeft op de machtsverhoudingen tussen de gesprekspartners. Wie het compliment geeft, stelt zichzelf in een positie waarin hij de ander mag beoordelen of evalueren. Complimenten hebben dus een (tijdelijke) statusongelijkheid ten gevolg.

Zo beschouwd, zijn complimenten van ondergeschikten aan superieuren eigenlijk onbetamelijk. Zo beschouwd, kan een ondergeschikte zijn superieur kleineren door hem te complimenteren. Dat alles maakt dat mannen niet goed raad weten met complimenten: ‘Blij of dankbaar moeten zijn met een gunstige beoordeling, dat zet je in de schuld en geeft je het gevoel de mindere te zijn.’

Gekleineerd

Het compliment aanvaarden betekent voor een man dat hij de ander toestaat over hem te oordelen; hij laat zichzelf feitelijk in een ondergeschikte positie plaatsen. Mannen zien in het algemeen ook minder het nut in van een beleefd, bevestigend antwoord, of van het aanvaarden van het compliment. Een vaak voorkomende mannelijke reactie is proberen de balans zo snel mogelijk te herstellen:
Man 1: ‘Goh Jan, wat heb je dat handig en snel geregeld!’
Man 2: ‘Nou, jij weet er anders ook goed weg mee.’
Geen wonder dat complimenteren tussen mannen en vrouwen niet altijd soepel verloopt. De vrouw wil dat de man zich goed zal voelen, wat de verhoudingen kan versoepelen. Of ze wil zelf in het zonnetje gezet worden. Terwijl de man zich onder een compliment onbehaaglijk of zelfs gekleineerd kan voelen, en hijzelf een ander niet wil prijzen als hij dat niet serieus meent. Met juist krakende verhoudingen als gevolg. Met haar analyse wil Verbiest enig wederzijds begrip kweken in deze materie. Tip voor uw eerstvolgende compliment?

» (Kadertekst 1:) Ongewenst

Soms kan een compliment door de aangesprokene worden ervaren als een nare opmerking – en als zodanig met een vals tegencompliment worden gepareerd door de ontvanger. Verbiest heeft hiervan een mooi voorbeeld in petto. Een zwarte Nederlandse op een congres met overwegend blanke deelnemers, kreeg als compliment dat ze zo goed Nederlands sprak. Daarop antwoordde ze: ‘U spreekt het anders ook voortreffelijk’. Een tegencompliment waarmee de zwarte vrouw ‘een schok teweegbracht’, aldus Verbiest.

» (Kadertekst 2:) Te veel van het goede

Een compliment krijgen is op zijn tijd prettig. Maar er blijken grenzen aan de hoeveelheid die we prettig vinden. Verbiest haalt een anekdote aan die Beatrijs Ritsema eens optekende in dagblad Trouw.

Een koppel kookt om beurten voor elkaar, waarbij de vrouw zich heeft aangewend de culinaire verrichtingen van de man uitgebreid te prijzen. ‘Heerlijk! O! Dat ruikt goed!’. ‘Mm, mmm’. Zulks bij elke gang die de man binnenbrengt opnieuw. De man vindt ‘dit eerlijk gezegd een beetje overdreven’, weet ook niet hoe hij op al die lof moet reageren en wenst eigenlijk te ‘eten zonder eetpraat’.

» (Kadertekst 3:) Ja of nee? Tien manieren om op een compliment te reageren.

Hoe aanvaard je een compliment? Hoe wimpel je het af? Tien tips.

  1. Ritueel aanvaarden: hoofs knikje, of kortweg ‘dank u’ zeggen.
  2. Blij aanvaarden: ‘O, wat leuk, bedankt’; ‘Fijn dat je het zo mooi vindt’.
  3. Verlegen aanvaarden: ‘Goh, wie had dat gedacht?’
  4. Alleen maar ‘ja’ als reactie: ‘Leuk onderzoek.’ ‘Ja.’
  5. ‘Ja’ en tegelijkertijd afzwakken of afwimpelen: ‘Wat heb je lekker gekookt.’ ‘Ja, dat gaat heel makkelijk met zo’n pan.’
  6. ‘Ja’, gevolgd door een wedercompliment: ‘Je hebt me echt opgevrolijkt.’ ‘Ja, jij mij ook.’
  7. Afwijzen: ‘Ik vrees dat er toch nog heel wat is mis gegaan.’
  8. Afwijzen als je het compliment als onoprecht ervaart: ‘Dat kunt u niet menen, collega!’
  9. Ontwijken: ‘Mijn collega’s verdienen daar het krediet voor.’
  10. Rechts passeren: ‘Fijn dat ik u nu spreek, ik keek er al naar uit om eens snel een afspraak...’

Nog dit: niemand wordt blij of warm van een negatieve boodschap. Om die wel over te brengen, maar de ontvanger desondanks te sparen, kan de spreker zijn kritisch commentaar verpakken in een complimenteuze formulering: ‘Dat is een ontzettend interessant relaas, maar er zitten nog wel wat gaten in.’

-----

Agnes Verbiest, ‘Als ik jou toch niet had. De taal van complimenten.’ Uitgeverij Contact, € 14,90, ISBN 90-254-2701-4.

-----

Download

� Dit artikel als PDF (0.23 MB)

archief





print pagina

Door het gebruik van stijlbladen is geen aparte 'print pagina' nodig. Gebruik de 'print' functie van uw browser.



tekstgroottekleinmiddelgroot