home > discussie > Niet het Nederlands gaat teloor, maar…

discussie

Niet het Nederlands gaat teloor, maar…

Piet van de Craen, Vrije Universiteit Brussel - 6/11/07

“Het Nederlands behoort tot de grotere talen van de wereld en zal niet gauw verdwijnen”, stelt prof. Piet van de Craen. Geen enkele vreemde taal, hoe agressief ze ook binnensijpelt, kan daar verandering in brengen. Maar… “niet het Nederlands gaat achteruit, wel de kennis van andere talen dan het Engels.” Mee eens?

In 1988-1989 kon je de ECI-prijs winnen door een fraai essay te plegen dat antwoordde op de vraag Gaat het Nederlands teloor? De prijswinnaars Jet Wester, Gerrit Krol en Charles Crombach behandelden het onderwerp respectievelijk vanuit de spelling, de literatuur en de spreektaal. Ze waren het ook met elkaar eens: het Nederlands gaat natuurlijk niet teloor, het leeft, het beweegt, het verandert. In de woorden van Crombach: “Het Nederlands is zo open als een kroeg en zo lek als een mandje. Er loopt van alles in en uit en eigenlijk weten we nauwelijks wat we hebben, hoe arm of rijk we zijn”.

Twintig jaar later gelooft niemand hen nog. Natuurlijk gaat het slecht met het Nederlands en moet dit vroeg of laat slecht aflopen, zo is de teneur vandaag. Word je in Amsterdam niet vaker in het Engels dan in het Nederlands aangesproken? Is studeren tegenwoordig geen aangelegenheid die in het Engels gebeurt? En heeft Abram de Swaan het ook nog niet eens haarfijn uitgelegd in zijn boek Woorden van de wereld? Vergeet het Nederlands maar even. Het wordt over and out. Of toch niet?

Nog niet zo heel lang geleden was het Frans een bedreiging voor het Nederlands. Vele Nederlanders en Nederlandstalige Belgen spraken en schreven Frans. Het Frans heeft ook heel wat sporen nagelaten in het Nederlands. Een beetje minder lang geleden was het Duits een bedreiging voor het Nederlands. Vele Nederlanders en Nederlandstalige Belgen spraken en schreven Duits. Het Duits heeft ook heel wat sporen nagelaten in het Nederlands. Naderhand kwam het Engels. Vele Nederlanders en Nederlandstalige Belgen spreken en schrijven Engels. Het Engels laat heel wat sporen na in het Nederlands.

Gaat hierdoor het Nederlands teloor? Nee. Het Nederlands behoort, in tegenstelling tot wat vaak wordt beweerd, tot de grotere talen van de wereld. Het prijkt al jaren op de veertigste plaats op de wereldranglijst. Als je beseft dat er tussen de 5 000 en de 6 000 talen zijn, dan is dat een behoorlijke prestatie. Er worden ook dagelijks kinderen geboren in het Nederlands die op hun beurt dan weer Nederlands gaan spreken. Dagelijks wordt er ook literatuur in het Nederlands geschreven en lopen honderdduizenden kinderen school in het Nederlands. Het kost weinig moeite om cijfers te vinden die aantonen dat nooit meer mensen Nederlands als tweede, derde of vierde taal leerden. Het gaat goed met het Nederlands. Bedankt.

Toch zijn vele mensen ervan overtuigd dat het Engels oprukt. En dat is ook zo. Het Engels is de meest gestudeerde tweede taal ter wereld. Maar tussen dit feit en stellen dat het Nederlands aan belang inboet, ligt een wereld van verschil. Het Nederlands blijft meer dan ooit overeind en is springlevend. Toch lijkt er wel iets achteruit te gaan. Het succes van het Engels maakt lui en zet jongeren vaak niet aan tot de studie van andere vreemde talen. Niet het Nederlands gaat achteruit, wel de kennis van andere talen dan het Engels. Om die reden moet het onderwijs een tegengewicht bieden aan het Engels en moeten meerdere talen langdurig worden aangeboden, het liefst van in het basisonderwijs. De beste aanpak hiervoor lijkt onderwijs in de vreemde taal. Van in de basisschool. Eerst Frans of Duits. Daarna Engels. Zo moet dat. En ophouden met dat gezeur over de teloorgang van het Nederlands!

archief

reacties


Koos Karelse - 10/11/07

Ik vind Nederlands een mooie taal. Maar stel nu eens dat het Nederlands helemaal wordt opgeslokt door het Engels en op die manier verdwijnt. Is dat dan zo'n ramp? Het gaat er toch vooral om dat we met elkaar kunnen communiceren in een algemeen geaccepteerde of algemeen bekende taal? Als dat, onverhoopt, de Engelse taal zou zijn, dan is dat maar zo. Om historische en culturele redenen is het misschien wel jammer als ons Nederlands zou verdwijnen. Maar een ramp? Nou nee.


Daniël Mantione - 11/11/07

Laat ik eerst stellen dat ik het eens ben met de stelling dat de voorname positie van het Engels ten koste gaat van de positie van andere talen en dan Frans en Duits. Waar de vorige generatie Nederlanders nog afdoende kennis van deze talen had om met Duits- en Franstaligen te communiceren is dat vandaag belabberd.

Maar of het Nederlands niets te vrezen heeft? Laat ik een bijdrage (van Johan Nijhof) uit onze vorige discussie met dhr. De Craen citeren: "De Nederlandse taal wordt in Nederland wel in haar kwaliteit bedreigd, niet in haar voortbestaan."

Er zijn een behoorlijk aantal aanwijzingen dat het Nederlands in kwaliteit bedreigd wordt. Uiteraard zien we dat in het gebruik van Engels in het dagelijks taalgebruik en ook taalfenomenen als "los schrijf ziektes" kunnen aan Engelse invloed toegeschreven worden. Verder, is, wegens het gebrek aan het gebruik van Nederlands in het hoger onderwijs, de technische woordenschat in gevaar.

De kwaliteit van het Nederlands is ook het aantal situaties waarin het gebruikt worden. Dat daalt schrikbarend. Wie studeert of een baan heeft is in toenemende mate verplicht Engels te gebruiken. Het is heel simpel, men zette één of meer buitenlanders in het gezelschap en Engels is direct essentieel om elkaar te verstaan. Uiteraard dient daarvoor de Nederlander Engels te kunnen. Daar werken we hard aan, zelfs kleuters geven we tegenwoordig in het Engels les.

Samengevat: We gaan steeds meer toe naar een situatie waar Nederlands onze omgangstaal wordt. Die is daardoor nog niet bedreigd, te weinig anderstaligen in ons land. Maar we groeien wel langzaam toe naar een situatie waarbij we overdag Engels praten en slechts 's avonds en in het weekend Nederlands.


Daniël Mantione - 11/11/07

Ik vergeet nog bijna te reageren op de conclusie van dhr. De Craen. Zeker is dat jonge kinderen sneller talen leren en het gebruik ervan op de kleuterschool bevorderlijk zal zijn voor het verwerven ervan.

Kleuters zijn echter ook nog volop bezig met het verwerven van hun moedertaal, iets waar ook de nodige educatieve uurtjes aan besteed dienen te worden. Men kan van onze kleuters niet verwachten dat zij naast hun moedertaal nog bezig zijn met het verwerven van drie andere talen.

Enige extra aandacht voor Frans en Duits, die er wat mij betreft best mag komen, moet dus ten koste gaan van Engels, niet ten koste van de moedertaal, en laten we natuurlijk andere schoolvakken niet uit het oog verliezen: Als we de kleuterschool voorbij zijn, zijn rekenen en aardrijkskunde ook belangrijke vakken die ook hun lesuren dienen te krijgen.


Ken - 11/11/07

Ik ben het volledig eens met de stelling van prof. van de Craen.

Het gaat mijns inziens niet zozeer om de eventuele teloorgang van het Nederlands dan wel om de kennis van het Nederlands en andere vreemde talen,t.w. het Duits en het Frans.

Wat we kunnen constateren is gewoon een verschuiving van de functies van de bovengenoemde talen (cf. leaky diglossia): vroeger was het Duits de taal in de bedrijfswereld en nu heeft het Engels die taak overgenomen. Dit feit brengt met zich mee dat native speakers Engels zich in een bevoorrechte positie bevinden -op alle mogelijk denkbare niveaus- .

Maar dat we naar een situatie toegaan waarbij we overdag Engels praten en slechts 's avonds en in het weekend Nederlands vind ik persoonlijk nogal gegeneraliseerd. Het gegeven voorbeeld duikt weliswaar op in mijn persoonlijke levenssfeer, maar je moet toch meer nuanceren: kaderleden vs. arbeiders, onderwijs vs. privé, ....


Johan Nijhof - 11/11/07

Zeker gaat de kennis van andere talen dan Engels achteruit, maar daaronder ook, aantoonbaar, de kennis van het Nederlands.
Wat kan men anders concluderen als men met grote regelmaat elementaire grammaticale fouten aantreft in zelfverklaarde kwaliteitskranten, en momenteel b.v. overal in den lande een poster van het Astma Fonds je aangrijnst, waarop “het zuurstof” staat?

Met Mantiones diagnose: reductie tot omgangstaal ben ik het geheel eens. Maar op den duur zal die reductie in Nederland grote gevolgen kunnen hebben voor het voortbestaan van de taal als geheel. De beschreven situatie lijkt bijzonder veel op die van een dialect. Dialect is voor de kroeg, niet voor een filosofiecollege of voor de verkeerstoren.

Het is een lange termijnvoorspelling, zeker, maar op den duur zal Noord-Nederlands daarmee aan status verliezen, zal het Surinaams Nederlands het niet meer kunnen bolwerken en Zuid-Nederlands niet meer – tegen heug en meug – beschikken over een norm om zich aan te spiegelen. Nederlands zal dan een kleine taal zijn met een geringe gebruiksmogelijkheid.


Frans Vermeulen - 12/11/07

Johan Nijhof - 11/11/07 weerlegt op meesterlijke wijze het-zand-in-de-ogen-strooien van Piet van de Craen. Het Nederlands kan wel degelijk te loor gaan, het schoonste voorbeeld zijn de Franse Nederlanden (zo genaamd naar het gezaghebbende boek van Jozef Van Overstraeten, van de toenmalige VAB) en het Afrikaans met vijftien miljoen sprekers dat dreigt dezelfde weg op te gaan als ze verder door hun eigen zustertaalgenoten in de rug geschoten worden. De kop in het zand steken helpt niet, wel het aanwijzen van de schuldige machthebbers-met hun-andere-agenda en de logsche eis ze prompt te vervangen door vrije, eerlijke en gedreven mensen, gekozen voor hun bekwaamheid en niet voor hun partijkaart en -tucht.

Moet het nu echt dat wij onze taal laten opgeven in het hoger onderwijs, in de grote bedrijven, in de openbare instellingen, in de vlieghavens, in de gezantschappen, in de koninklijke hoven, in het gerecht, in de grensoverschreidende betrekkingen, in de Europese instellingen, in het wetenschappelijk onderzoek, zelfs in het Nederlandse taalonderzoek, in de kunst- en schrijfwereld, in het toerisme, in de ziekenhuizen, in de opvang van vervolgde vluchtelingen, en zelfs in de kerk en de liefdadigheidsinstellingen? Neen, want dat is geheel tegen het volk en zijn eigenheid (intussen leep omgedoopt tot de dwaze en nietszeggende benaming "identiteit")! Ook geheel tegen de stoffelijke belangen en de welvaart van het volk, want de geschreven en uiteraard ook de behoorlijk gesproken taal van een volk is zijn allerbeste naamkaartje en herinnert aan zijn kennisverworvenheden, zijn geschiedkundig aandeel in de wereldopbouw en zijn vertrouwensplaats in de plaatselijke- en wereldhandel, op welke schaal dan ook. Wie denkt dat alles moet gebeuren in het Engels, lijdt wel erg aan een a.h.w. gemeenschappelijk minderwaardigheidsgevoel (nu met ongewone toewijding gekoesterd en opgefokt) dat altijd een dodelijke domper is op de welvaart en het welzijn van een volk. H E R W A A R D E E R zonder enige schroom het Nederlands en iedereen zal er goed bij varen, zelfs de huigelaars en de nieuwlichters nadat ze inzien dat ze verkeerd bezig zijn en zo medeschuldig aan een algemene verarming van stoffelijke en vooral geestelijke vermogens!


Jan Roukens - 13/11/07

Dit Taalschrift sloot aan bij het Taaluniedebat op 12 november in het Brusselse deBuren, over 'De opmars van het Engels in het Nederlandse taalgebied'. Daar kwamen alle door de Craen genoemde punten en nog veel meer aan de orde. Over de teloorgang van het Nederlands werd niet gezeurd. Daaraan moet een halt worden toegeroepen en wat krom is gegroeid moet worden omgebogen. Wat mij betreft vooral in de openbare ruimte, bij de overheid, in het bedrijfsleven en vooral in het hoger en universitair onderwijs. Met de meertalenkennis van Nederlanders en in mindere mate Vlamingen is het inderdaad droevig gesteld, als de situatie enkele decennia geleden als maatstaf wordt genomen. Europese studies tonen dat de meertalenglans van Nederlandstaligen er af is, maar dat is ook te verklaren uit de toegenomen meertaligheid van andere Europese volken. Het cocoonen in de Engelse eenheidsworst leidt ongetwijfeld tot verwaarlozing van andere talen, maar de gewenste meertalen zijn niet noodzakelijk Frans en Duits, al blijven dit voor velen de meest nabije talen. De vermaledijde globalisering heeft de cultuur- en communicatiehorizon van een veel groter deel van de Vlamingen en Nederlanders aanzienlijk verruimd, in vergelijking met een eeuw geleden. Een grotere diversiteit van taalkeuzes is daarom aangewezen, en een grotere variabiliteit van keuzemomenten. Als het mogelijk is de capaciteit om talen te leren in een vroeg stadium te versterken, dan komt dat de feitelijke verwerving van meer talen in latere levensfasen ten goede.


Daniël Mantione - 13/11/07

Ik wil het punt kleuterschool nog even in de discussie zetten.

Het is geen toeval dat in bijvoorbeeld Vlaanderen minimumleeftijdgrenzen gelden voor het onderwijzen van vreemde talen. De kleuterschool ligt namelijk binnen de levensfase waarin het mogelijk is een moedertaalspreker te creëren. Daarmee kan het als instrument dienen voor verfransing, iets waar men in Vlaanderen buitengewoon allergisch voor is.

Vervang Frans door, noem eens even wat... Russisch? Is er dan een probleem? Nee, de kans dat de Vlamingen Russisch gaan spreken is niet bepaald reëel; het levert alleen een voordeel op voor degene die dat onderwijs genoten heeft, hij heeft makkelijk een extra taal geleerd.

Terug naar Nederland. De vraag is wat we van het geven van Engels aan onze kleuters moeten denken. Doen we de kleuters daar een plezier mee dat ze makkelijk Engels leren, of zetten we hier de eerste stappen naar het verengelsen van de bevolking, waar wij, Nederlandstaligen, veel ellende van zullen gaan ondervinden?


Margreet - 15/11/07

Ik wil niet opscheppen hoor! Mijn zoon net 19 jaar spreekt 7 talen. Ik ken een familie op de bergweg in M. die 7 jaar is en 3 talen spreekt: Nederlands, Italiaans en Engels. Beide ouders zijn hoogleraar aan dezelfde universiteit in Amsterdam. Dat ben ik niet maar mijn zoon spreekt: Nederlands, Engels, Frans, Catalaans, Castalaans en Duits. Verder heeft hij 1 jaar Latijn en Grieks gehad. Het Duits daar moet hij nog wat aan doen. Over een half jaar gaat hij naar Frankrijk - hij wil zijn Frans verbeteren. Als ik aan hem vraag: wat vind je de mooiste taal?, zegt hij: alle talen die ik spreek!

Ik denk dat er kinderen zijn die een hoog taalgevoel hebben en andere kinderen een laag taalgevoel - hier kun je weinig aan doen. Ze zeggen dat de Witte spelling beter past bij kinderen met een hoog taalgevoel. Klopt dat?

groet


Simon Mulder - 21/11/07

Geachte heer Hietbrink,

Vooreerst wil ik u geruststellen dat het hier niet gaat om een tentoonstelling van u als "taalaapje in een kooi" of "curiosum". De titel van de rubriek is grappig en wellicht een beetje controversiërend bedoeld, maar niet denigrerend.

U kunt het interview juist zien als de kans om een nieuwe generatie Leidse taalkundigen (ik mag wel zeggen een van de vooraanstaande faculteiten ter wereld als het gaat om historische taalkunde) te overtuigen van uw opvattingen. U zegt dat wij toch niet veranderen; hetzelfde geldt in dat geval voor u. Dit beseft hebbende kunnen we, wat mij betreft, op vriendschappelijke voet discussiëren. Laten we mekaar een eerlijke kans gunnen.

Ik wil u de kans geven om uw systeem van etymologie uit te leggen en zal u niet bij voorbaat afwijzen op zaken die buiten het gesprek liggen; een goede wetenschapper begint altijd zonder vooroordelen en bekijkt een nieuwe theorie uit strikt objectief oogpunt. Daarom zou ik u willen vragen om van uw kant ons niet bij voorbaat af te doen als onnadenkend en er een vals monopolie op nahoudend.

Om de correspondentie helder te houden, zou ik u dan ook liefst schriftelijk vragen willen stellen en schriftelijk antwoord willen ontvangen. Het gaat er mij om dat we een weloverwogen overzicht van uw werk krijgen, en vluchtige notities op een kladblok komen vaak als een totaal verdraaid beeld als artikel in de krant. Ik hoop dat u het hierin met mij eens bent; hiermee verblijf ik,

Met vriendelijke groet,

Simon Mulder
simon@simonmulder.nl

---

Noot van de redactie:
Heren Mulder en Hietbrink, veel succes met uw onderlinge correspondentie;
vriendelijk verzoek ik u die correspondentie niet via deze discussie in
Taalschrift te voeren.


Frans Denissen - 21/11/07

Geachte mevrouw Margreet,
Wat heet "7 talen spreken"? Ikzelf ben 60, heb 40 jaar ervaring als vertaler en taaldocent en spreek 1 taal behoorlijk: mijn moedertaal. Daarnaast weet ik me heel redelijk te behelpen in mijn "werktalen", het Italiaans en het Frans (maar als ik een artikel of een lezing moet schrijven in een van die talen, laat ik die altijd nalezen door een "native speaker", en dat blijkt steevast nuttig); het lukt me om een bescheiden gesprek te voeren in het Engels, en in Duitsland en Spanje kan ik in de landstaal een hotelkamer vinden en een maaltijd bestellen. Een heel eenvoudige Latijnse tekst kan ik, puzzelend met potlood en gum, ontraadselen; bij een Griekse lukt dat allang niet meer, ook al heb ik 5 jaar lang a rato van 6 uur per week Grieks gehad. Nooit zal ik dus beweren dat ik "7 talen spreek". Ik spreek en schrijf (in de volwaardige betekenis van het woord) er maar één: het Nederlands. En voor de andere modder ik maar wat aan.
Het hangt er dus maar van af wat je onder "talenkennis" verstaat. Persoonlijk denk ik evenwel dat het nuttiger is één of twee vreemde talen wat grondiger te leren dan van de ene taal naar de andere te fladderen.


Margreet - 22/11/07

Denissen,

Mijn man is Amerikaan. We hebben 5 jaar in Frankrijk gewoond en mijn zoon woont meer dan een jaar in Catalonya noord-oost van Spanje. Hij werkt op dit moment in een 2sterren restaurant: Castelaans en Catelaas wordt er dagelijks gesproken. Hij spreekt vloeiend Engels vanaf zijn 12de jaar. Hij bouwt aan zijn talenkennis gestaag verder. Volgend jaar gaat hij weer naar Frankrijk. Hij heeft een taalgevoel. Nederlands is zijn moedertaal. Dus het is géén vakantie taalkennis!

Ik ben een voorstander kinderen een andere taal te laten leren in het buitenland. Voor bv Maastricht is dat niet moeilijk. Duitsland en Frankrijk liggen vlakbij. Uitwisselen van scholen uit verschillende landen zou ook een optie zijn.

Taalgevoel krijg je door in een ander land je schooltaal uit te proberen.

Dank voor uw uitleg.

Er zijn altijd bijzondere omstandigheden maar daar kunnen andere iets van leren.

Het meisje waar ik het over had heeft een Italiaanse vader en ze spreken thuis Engels (man en vrouw zijn professor op de Universiteit Amsterdam). Op school leert ze Nederlands.

Ik kan mij nog goed herinneren dat ik op mijn 6de Duits kreeg.

Pardon,...voor mijn uitwijding.

De geest moet even uit de fles.

Groet


Daniël Mantione - 23/11/07

Margreet,

Het klinkt allemaal wat opschepperig. Wie 1 jaar Latijn/Grieks studeert spreekt ze niet vloeiend, zelfs al heb je een taalgevoel. Binnen één jaar goed Castiliaans en Catalaans (zo schrijf je dat) onder de knie krijgen is ook een knappe prestatie.

Als ik opschep, dan spreek ik Nederlands, Engels, Italiaans, Frans, Duits en Afrikaans. Als ik eerlijk ben, spreek ik Nederlands, Engels, een beetje Italiaans en een beetje Duits.


Van Berendonk - 24/11/07

Dag,

Volgens mij is Mr Frans Vermeulen (zie hoger) het meest bij de hele zaak waarover het gaat.
De overheid, de scholen,zeker de hoger scholen, de openbare radios, enz. enz. enz..... Mr. Frans Vermeulen heeft alles heel goed neergepent, waar de fouten te zoeken zijn.

Een speciale opmerking wil ik toch maken aan de heren/vrouwen van de zogeheten der stichting van het Nederlands onderzoek voor de het behoud van het Algemeen beschaaft Nederlands. Dat en dit is mij reeds zeer dikwijls opgevallen, als zij een paar woorden Frans of Engels kennen, zij er heel dik boek willen in schrijven en het zijn juist deze personen welke ons willen zeggen hoe de Nederlandse taal moet geschreven en gesproken worden. Als zij een voordracht geven of wat neerschrijven in welke vorm ook, dan komen daar meer vreemden woorden in dan het zou mogen. Zij zijn in de eerste plaats aangewezen daar HET Nederlandse woord tegebruiken. Zij moeten ons het goede voorbeeld geven

Dat wij allen een of tien anderen talen spreken maakt niets uit zolang we onze moedertaal in eer houden en ons niet laten overrompellen door de anderen talen in het dagelijks leven.

De meeste willen groot doen, het staat "chic" als ze veel vreemde woorden kunnen gebruiken, en na een tijd is het een gewoonte geworden en daarmee is het Nederlands gesproken en geschreven woord naar den bliksem.

Gegroet. E


Le Baron - 24/11/07

Op mijn werk zit het vol met 'ik spreek... en mijn kinderen... en mijn oom...'-snoevers.
Terwijl ze hun eigen moedertaal verloochenen.
Alle gekheid op een stokje en alle snoeverij terzijde zijn wij, nederlandstaligen, door de voortdurende groei in onze taal permanente analfabeten.
Ik zelf heb al, minsten, 3 schrijf- en spreektaalwijzigingen meegemaakt. Niet erg op zich maar voor de docenten nederlands in een niet-nederlandstalig land is dat een flinke boterham, toch?


Margreet - 24/11/07

Daniel je schreef: Castelaans en Catelaa(n)s. Dank voor de opmerking. Haast en daardoor onnauwkeurig. Ik was de N vergeten.

Ik sta versteld van het feit dat kinderen na 1 jaar al heel goed een taal kunnen spreken. Dus een taalgevoel hebben...

Je hebt kinderen die opscheppen dat ze na een jaar een vreemde taal hebben geleerd. Vaak is dat niet het geval. Je geeft zelf een voorbeeld.

Ik had het over dat scholen die meer aan uitwisseling met buitenlandse scholen moeten doen!

Opscheppen mag maar of het te eten is weet ik nog niet zo...

groet


Daniël Mantione - 25/11/07

Er zijn inderdaad kinderen die na één jaar in een vreemde taalomgeving verbleven die taal redelijk lijken te spreken. Maar, taalverwerving is een proces dat jaren duurt.

Ik zelf heb als kind bijvoorbeeld de nodige jaartjes Italiaans gehad, vijf jaar les gevolgd als ik het me goed herinner. Spreek ik die taal goed? 't valt nogal tegen. Om de heel eenvoudige reden dat je als kind wel eenvoudig uitspraak en eenvoudige zinnetjes op weet te pakken, maar dat volstrekt ondeugdelijk is om zegmaar een artikel te schrijven of zelfs een krant te kunnen lezen. Een grammatica onder de knie krijgen vergt jaren, ook voor kinderen.

Het is ook geen toeval dat middelbare schoolleerlingen nog steeds moeite hebben met bijvoorbeeld werkwoordspelling.


Raya Lichansky - 13/12/07

Misschien een wat minder in het oog springend verschijnsel is de vervanging van onze beleefdheidsvorm door 'je' en 'jou'. Dat het Engels onstuitbaar oprukt in alle geledingen van het leven heb ik inmiddels wel geaccepteerd, maar dat 'je', 'jij' en 'jou', gebruikt worden zoals het Engelse 'you' vind ik moeilijker te aanvaarden. Personeelsadvertenties lijken het gebruik van 'u' en 'uw' te mijden als de pest. Het kan toch niet de bedoeling zijn dat alleen jongeren (welke leeftijd wordt daarmee eigenlijk bedoeld?) zich aangesproken voelen, of geworven? En laat een oudere werkzoekende vooral niet denken dat een baan met de omschrijving 'senior' bestemd is voor zijn of haar leeftijdscategorie...
Lees de krant en erger u/je!


Simon Mulder - 19/12/07

We maken even een uitzondering (alhoewel onderstaande tekst niet over het discussie-onderwerp gaat): een interview met Hietbrink, dat in deze kerstdagen misschien wel lekker wegleest. Reacties op deze tekst worden evenwel niet geplaatst, als ze niets met het discussie-onderwerp ("Niet het Nederlands gaat teloor, maar...") te maken hebben. De redactie.

---
Leek van de Week

B.W. Hietbrink en het fundamenteel dialectdiets

Door Simon Mulder

De heer Hietbrink is autodidact op het gebied van de historische taalkunde, publiceerde onder andere Kwispelen met taal, een werk over etymologie van het Nederlands, trad op in het televisieprogramma Man Bijt Hond en reconstrueert alle talen terug op het Nederlands. Uw verslaggever had de eer hem te mogen interviewen; het interview vond schriftelijk plaats.

1. Wat vindt u van de taalkunde zoals die gegeven wordt aan de universiteit?

De universiteiten dienen het publiek de taalkunde terug te geven.

Nota bene: een der Oprichters van de universiteit te Leiden, Simon Stevin van Bruggen (1548-1620) schafte in Weerdigheid der Nederduitsche taale het Latijn zelfs af; omdat het wonder der Dietse talen als geen ander talen meest geschikt is om alle woorden in natuurkundige verklaring zonder omwegen de juiste betekenis te geven. Om commercieel gewin der docenten en jaarlijkse inschrijfgelden is het onderwijs helaas onveranderlijk omdat het zichzelf zo heerlijk doch valselijk bedruipt. Dus in feite gewoon legale oplichting. De academische opleidingen maken misbruik van de schrijftaal om de juiste betekenis der woorden te verdoezelen.

Schoolvoorbeeld no. 1: garage=karhuisje. Met karhuisje (spreektaal) behoud ik het woordbeeld... doch garage geschreven speelt dit woordbeeld kwijt. Magistraat=machtigste-raad. enz... enz... etymologie=heet-mij-logisch... dat zou het dus moeten zijn.... maar is het niet.

2. Hoe bent u tot de ontdekking van de oerspraak gekomen?

Vanaf mijn prilste jeugd. Ik ontdekte in 2000 in rapporten en papieren over mijn persoontje tussen 1943 en 1951 en een dier passages wil ik U niet onthouden. “Wim heeft moeite met het begrip en de inhoud der woorden en vraagt als maar door en door. ‘Wat betekent raam, deur en waarom venster’ etc... etc...” Op het laatst moest ik zelfs mijn mond houden en mocht niets meer vragen...

Op mijn 16e kwam ik op een houthandel terecht. Met een vrachtwagen reden we overal in Zuid Limburg, hout halen en brengen. Overal de verschillende soorten dialectdiets te leren verstaan werd mijn hobby en ja zelfs boeken over dialectdiets. Veldwerk verrichte ik met en met tientallen jaren lang door zwervend… steeds verder door te dringen over de grenzen: Duitsland… Wallonië... Vlaanderen… Frankrijk… Spanje etc… ik leerde alle nuances kennen van het dialectdiets. Maar vreemd genoeg kende dit dialectdiets tot in Rusland en Scandinavië geen grenzen; althans er was geen specifieke scheidslijn aan te wijzen.

Wat zeer zeker ook tot mijn vorming heeft geholpen is dat ik ben opgevoed in het A.B.N. Dus terug in zijn achteruitversnelling naar het dialectdiets. Terwijl het normaal andersom is, kinderen leren thuis dialectdiets en gaan dan naar school om Algemeen Beschaafd Nederlands te leren.

“Als je er geen verstand van hebt, blijf er dan maar van af.”

Trouwens in de bijbel (=babbel) leest men (10/11): “en daar was eenerlei volk en het sprak eenerlei taal.” Dat werd mijn uitgangspunt en dat is wat het dialectdiets betreft nog steeds van toepassing. Natuurlijk werd ik ook lid van het Meertens Instituut in Amsterdam. Zo begon ik ook allerlei boeken aan te schaffen, ze lagen gewoon op de rommelmarkten en braderieën, waaronder Tweespraak van Spieghel. Wel 400 boeken ken ik, en die moeten jullie ook kennen. Waarom het Nederdiets de oerspraak is en dit wel via het dialectdiets weet ik thans ook. Zelfs de Hebreeuwse en Arabische dialecten leerde ik kennen.

3. Kunt u kort uw systeem van reconstructie uitleggen en een aantal voorbeelden geven van het proces dat u bezigt wanneer u een woord wilt reconstrueren?

Wie dialectdiets beheerst gaat in zijn achteruitversnelling terug naar ons taalverleden. De Nederlandse standaardtaal is ontstaan met de bijbelvertaling naar het Nederduits. Doch de statenbijbelcommissie wees in de zeven provincies even zovele mannen aan om dit werk ter hand te nemen… echter met de opdracht van iedere provincie gelijkmatig hun woordenschat te verdelen in onderling overleg… zodat het Gronings, Gelders of Zeeuws, Vlaams Brabants etc. samensmolten tot een historische te onderwijzen taal in zijn geheel. En Zo is het gekomen... Daar de meeste woorden thans A.B.N. in hun dialectische context zijn blijven hangen, is de ene provincie voor de andere niet als oorspronkelijk in betekenis herkenbaar. Bijvoorbeeld het woord Muis: Muis=moes=muus=mois=mies=meus=mees=mouse=meis etc... etc...

Alle talen bestonden eerst uit dialectdiets voordat het grote ongeluk der standaardtalen gebeurde.”

De een geeft voor de andere uit de verschillende dialectdietsen het woordbeeld/de betekenis niet duidelijk weer. Vooral spreuken en spreekwoorden zijn hopeloos verdwaald. De mussen vallen van het dak moet zijn de mossen vallen van het dak.... het is zo warm dat de wortels los laten en door uitdroging naar beneden schuiven. De schaapjes op het droge moet zijn... scheepjes op het droge. Bij aankomst trekken de vissers hun schuit gewoon op het strand. Drogen=ter-hogen...Zo komt het dat negentig procent van al onze spreekwoorden en gezegde geen woordbeeld meer heeft; de ene vorm heeft het gehaald in de standaardtaal en de andere niet. Metro=met-de-rol. Trein=achter-ein=achter-elkaar... oude en nieuwe woorden begingen allen hetzelfde ongeluk. Versta je geen dialectdiets dan zul je het niet kunnen vatten. Met pech langs de weg kunt u hoogstens uw motorkap open zetten en omdat u er geen verstand van heeft zult u op de monteur moeten wachten. Zo is het met reconstrueren van alle woorden ook, alleen de dialectdietssprekers zijn bevoorrecht en hoe meer dialectdietsen je spreekt hoe eenvoudiger het is. Heb je er geen verstand van, blijf er dan van af.

Miljoenen woorden uit alle talen gaan zo terug naar het dialectdiets. Alle talen bestonden eerst uit dialectdiets voordat het grote ongeluk der standaardtalen gebeurde. Ja, je moet ook nog eens kunnen associëren: donne moi une bière=doene-mij een bier. Natuurlijk hebben zinsbouw en zinswending, voorvoegsels, achtervoegsels, klankverandering per gekozen standaardtaal er mee te maken. En er zijn nog zovele vele bijkomstigheden.

5. Hoe komt u tot de 360 klank/schrifttekens en 360x360 woorden in de oertaal?

In spraakstelsel zien we voor het eerst op schrift: alle de klanken die een mens kan maken. De Kleur-klanktekens om tot spraak en woorden te komen. Dat geld voor alle mensen het zelfde, daar het spraakorgaan voor iedereen hetzelfde is. Doch de aanleer van die klanken per taal is verschillend omdat iedere taal zijn eigenaardigheden heeft.

Het ligt dus aan de spraakopvoeding en die begint dus al met de moederlijke taal vanuit de wieg.

Later gaan we naar school, verlaten min of meer de spreektaal en gaan tot de schrijftaal over. Dat is een verschil van dag en nacht, want de schrijftaal blijft onze spreektaal niet meer. We gaan terug tot de 26 klanktekens van het schrift en dat terwijl er veel en veel meer hoor-klanktekens bestaan in de spreektaal... In de spreektaal komen we tot 360 en wel precies 360 verschillende klanken die aan het alfabet verbonden zouden kunnen en moeten zijn. De eerste fout die het alfabet maakt is dat je de letteren niet meer schrijft zoals je ze hoort.

Wat ik zeker moet vermelden is dat klinkers en medeklinkers inwisselbaar zijn... de lipletters=labialen=lip-halen bijvoorbeeld. p=b=v=f=w, dus letters die wij over de lip-halen, zijn dialectdiets allemaal verwisselbaar, zogezegd een familie. Grieks spreekt de b niet uit, staat zelfs niet in hun alfabet, beta=veta. Skandinavisch: Willem=Villem. Texel: v=f... maar... zo kennen ook de keelklanken (gaarden=jardin of g=j=k) dialectdiets onderling hun verwisselingen. Duits: onze T wordt S, of de G wordt K. Als je dat allemaal verstaat of weet dan spreek je opeens vreemde talen. Het zijn een soort van rebussen... Jeux de boules=gooi-ik-de-bal... (jeux j=g. eu=oo. x=ik ) (boules ou=a.)... zegt U dan nog, ja maar... Jeux=spelen dan zeg ik: ja synoniem met gooien want wie gooit speelt…

Altijd en overal in alle talen en alle tijden... zijn ergens alle woorden uit alle talen synoniem met een Nederduits woord. Gooien met stenen, met pijltjes, met een boemerang=bij-omme-re-ang, zie je dat ding al re-aan=terug komen? gooien=spelen met; ook bal=spal=speel... en ook hier de letter S niet in uitspraak. Er zit warempel een heel systeem achter... Schrijven we trombose... weten wel wat het medisch betekend... doch wetend dat de letter S weg kan vallen, zet er een S voor en je krijgt trombose=stroompauze en dat is wat dit euvel inderdaad ook doet. Het woordbeeld hersteld in de oerbetekenis. Daarbij: de zuiverheid der spreektaalwoorden heeft nimmer de schrijftaal gehaald.

“En dat is de sensationele goocheltruc van Hietbrink.”

Spel-spal-spoel-spul-speel-spiel-spoil-speul, dat zijn allemaal dialectdietse voorlopers en varianten op het thema spelen. Woorden worden uit elkaar geboren. En dat is de sensationele goocheltruc van Hietbrink. IJslands, Noors, Zweeds, Deens en Duits naar onze taal terug, heb ik kant en klaar op schrift. Doch de heren taalambassadeurs willen dit schrift niet ontvangen. Baas in eigen taal blijven. Nu, ze mogen het houden, maar... ze zullen toch eerst onze taal moeten leren om de woorden van hun eigen taal inhoudelijk terug te verstaan. Woordrestauratie noemen we dat.

5. Uw boek verkoopt zeer goed. Waarom, denkt u, is uw etymologisch werk zo’n groot succes?

Buitenlanders lopen helemaal met Hietbrink weg na zijn optredens in Man Bijt Hond en zeggen: nu juist zijn jullie Nederlandse woorden ons geheel beeldsprekend duidelijk en begrijpen wij ze helemaal. Dialect-sprekende mensen halen hun schouders op en zeggen... ja maar dat weet hier toch iedereen al. Hietbrink betrapt als het ware in boerenbedrog woord voor woord. Salami=sla-mee, als wapenstok te gebruiken, als mijnheer weer eens dronken thuis komt. Literaire=lied-ter-eren, vroeger zong men alles. Culinaire=keel-in-eren, voor de lekkerbekken. Erudiet=eer-uw-diets. In tegenstelling de taal der hoogeleerde universitaire eliete kliek die in Diet-niets-weet-kunde mogen blijven doorgaan, door de macht van het geld; subsidie=zuip-zet-U, drinkt u nog wat ? Het is hier toch zo gezellig.

En... dat moeten zij zich allemaal laten vertellen door een ongeschoolde Berend Willem Hietbrink.

Hietbrink kan tot en met zijn sterfbed zijn woorden prevelen... sterven=sterren-verheffen... hiernamaals=hier-na-mag alles. Nabestaande=naast-bij-staande en dat zijn allen die het dialectdiets blijven verstaan. Ken uw klassiekers=ik-lees-zekers.


Nico busosky - 21/12/07

En toch mooi bedankt voor dit prachtige taalkerstleesvoer:
Juist door autodidakten als daar zijn, zoals een "Hietbrink" gaat het Nederlands nimmer teloor, maar verijkt het zich zelfs meer en meer wereldwijd, zoals blijkt uit zijne overtuiging omtrent het "dialekt-diets" (....)


Gorter - 25/09/09

Gaat het Nederlands teloor? De interessantere vraag is: Gaat het Nederlands teloor ALS CULTUURTAAL. Nadat ik enige tijd vanuit het buitenland met stijgende verbazing het ellendige geknoei in de pers, in internet forums, in opinie stukken, in de kamer heb gadegeslagen kan ik alleen maar tot de conclusie komen: Als cultuurtaal is het Nederlands al teloorgegaan. Een tragisch soort pidgin, nog net geschikt voor communicatie op het laagste niveau is alles wat er is overgebleven. Er is niets dat een vergelijking met andere cultuurtalen kan doorstaan. Het zielige (tegenwoordig "pathetische") is, dat de Nederlanders er niets voor terugkrijgen: Hun Engels is onder ieder peil, Frans en Duits zijn niet voorhanden (hoewel de Nederlander het niet kan nalaten onmiddellijk Duits te brabbelen als hij ook maar in de buurt van iets teutoons komt). Een resultaat: Nederlanders worden niet serieus genomen, nergens. Nog een resultaat: Het is niet meer mogelijk cultuurwerken in het Nederlands te vertalen. Bij alle globalisering: Nederland raakt daardoor cultureel steeds meer geisoleerd. Helaas ontbreekt (tegenwoordig "mist") hier de plaats een en ander uit te werken en met voorbeelden te illustreren...







print pagina

Door het gebruik van stijlbladen is geen aparte 'print pagina' nodig. Gebruik de 'print' functie van uw browser.



tekstgroottekleinmiddelgroot

     
recente reacties

Gorter:
"Gaat het Nederlands teloor? De interessantere vraag is: Gaat het..."

Nico busosky:
"En toch mooi bedankt voor dit prachtige taalkerstleesvoer: Juist door..."

Simon Mulder:
"We maken even een uitzondering (alhoewel onderstaande tekst niet over..."

Raya Lichansky:
"Misschien een wat minder in het oog springend verschijnsel is..."

Daniël Mantione:
"Er zijn inderdaad kinderen die na één jaar in een..."

Margreet:
"Daniel je schreef: Castelaans en Catelaa(n)s. Dank voor de opmerking...."