home > discussie > De Nieuwe Rijken van het Nederlands

discussie

De Nieuwe Rijken van het Nederlands

Frans Hinskens (Meertens Instituut en Vrije Universiteit, Amsterdam)
Pieter Muysken (Radboud Universiteit, Nijmegen) - 1/12/07

Velen klagen erover dat vooral jongeren het Nederlands steeds slechter beheersen. Het fenomeen zou worden veroorzaakt door de spreektaal van migrantenjongeren. "Klopt niet", zeggen taalonderzoekers Frans Hinskens en Pieter Muysken. "Veel migranten beheersen het Standaardnederlands uitstekend. Laten we ook eens kijken naar wat migrantenjongeren in hun Nederlands ook nog kunnen dat wij, kaaskoppen of zuiderlingen, niet kunnen."

De bekende Nederlandse taalkundige Jan Stroop verkondigde onlangs de mening dat staatssecretaris Achmed Aboutaleb beter Nederlands spreekt dan Kamerlid Geert Wilders. Nu spreekt Wilders met een Limburgs accent, terwijl het Nederlands van Aboutaleb niet of nauwelijks onderscheiden kan worden van dat van de gemiddelde Hollandse kaaskop. Wat men ook vindt van deze heren, vastgesteld moet worden dat noties zoals ‘slecht ’, ‘goed ’ of ‘beter Nederlands ’ (of Berbers of Venloos of wat dan ook) geen taalkundige begrippen zijn. Stroop kan zijn uitspraak over Aboutaleb en Wilders dan ook onmogelijk als taalkundige gedaan hebben.

Stroop is de enige niet die worstelt met de ontwikkelingen in het moderne Nederlands. Op 13 januari j.l. kopte NRC Handelsblad: Ook de blondste leerlingen… en daaronder: “Studenten, allochtoon zowel als autochtoon, beheersen het Nederlands niet meer, zo klagen hoogleraren.” Met de beheersing van het Nederlands is het zorgwekkend gesteld, vinden velen. De geringe kennis van het Nederlands, is de impliciete boodschap, zou zich verspreiden van migrantenjongeren naar de blonde ‘ruggengraat der natie ’. Hier spelen de migranten dus een heel andere rol dan in de opvatting van Stroop, maar de toon is vergelijkbaar.

Wij weten niet of de boodschap juist is. Ongetwijfeld hebben de leerlingen van nu deels andere vaardigheden dan die van twintig jaar geleden, hetgeen vergelijken moeilijk maakt. Wat ons intrigeert in de aangehaalde krantenkop, en waar we momenteel onderzoek naar doen, is de relatie tussen de beheersing van het Nederlands door jongeren in het algemeen en die van migrantenjongeren in het bijzonder.

Dat jongeren uit migrantengezinnen minder aan het Nederlands zijn blootgesteld is logisch. Om te beginnen wordt thuis niet zelden een andere taal gesproken; ook hebben de ouders vaak een laag niveau van scholing; ten slotte zitten veel van deze kinderen op scholen met een grote meerderheid van leerlingen die eveneens uit migrantengezinnen komen. Misschien gaan kinderen afkomstig uit grote migrantengroepen, zoals de Turkse of Marokkaanse Nederlanders, op termijn ook een ander Nederlands spreken: een etnolect, vergelijkbaar met het Surinaams Nederlands en het Indisch Nederlands.

Etnolecten worden in het algemeen gekenmerkt door verschijnselen die typisch zijn voor fases in het proces van taalverwerving (bijvoorbeeld afwijkend woordgeslacht, als in de leuke meisje, die daar loopt), vermenging met de oorspronkelijke moedertaal van de groep in kwestie (men denke bijvoorbeeld aan de lange en zeer stemhebbende uitspraak van de ‘z ’, als in zzzij zzzeggen, een verschijnsel dat zijn wortels heeft in het Arabisch) en met omringende dialecten (zo spreken jonge Nijmeegse of Antwerpse Marokkanen en Turken woorden als wat, dat en niet wel eens uit als wa, da en nie, terwijl jonge Marokkanen en Turken in Amsterdam de ‘ij ’ in woorden als kijken soms uitspreken als de gerekte variant van de ‘e’ van vel of als de ‘aa’ van vaal). Ook vinden we in etnolecten elementen uit de zogenoemde Straattaal. Kenmerkend voor straattaal is het grote aantal woorden uit allerlei verschillende talen, zoals Sranan (faja ‘lastig ’), Arabisch (wallah ‘[ik zweer] bij Allah’), Engels (chill) of Spaans, en daarnaast nieuw gemaakte woorden en verkortingen (dissen). Sommige van die verschijnselen lijken zich te verspreiden naar andere groepen, ook naar "de blondste leerlingen".

Zoals duidelijk is geworden uit onderzoek onder mensen met Italiaanse en Griekse voorouders in Noord-Amerika, ontwikkelt een etnolect zich in de loop van het leven van veel sprekers tot een spreekstijl die vooral ingezet wordt in het contact met leden van dezelfde groep of wanneer men om een andere reden zijn identiteit wil benadrukken. De meeste etnolectsprekers lijken ook inheemse variëteiten van de heersende taal volledig te beheersen - vaak de prestigieuze standaardvariëteit; kijk maar naar het Nederlands van Aboutaleb. We moeten dus niet alleen kijken naar wat ‘onze’ Turken, Marokkanen, Antillianen enzovoort niet kunnen in het Nederlands. Het is even nuttig om te kijken naar wat ze in hun Nederlands ook nog kunnen dat wij, kaaskoppen of zuiderlingen, niet kunnen. Zij zijn de Nieuwe Rijken van het Nederlands.

archief

reacties


Kruzdlo - 9/12/07

De vraag is: Waarom worden mensen boos in hun kaaskoppenschedel. Antwoord: Omdat ze geen etnolectschedel hebben.

Volgende vraag: kun je van een kaaskopschedel een etnolectschedel maken. Antwoord: Nee! Beide varianten zijn a-etnolect.

Het beste is om eens te kijken waar geen veranderingen zijn.

De Nieuwe Rijken van het Nederlands is een boek titel. Ik ga het boek lezen. Wedden dat het a-etnolect geschreven is!!!!!!!!!!


John Sahuri - 9/12/07

helemaal eens met stelling, het is toch leuk als niewe woorden bij het nederlands komen, dat bedrijgt het nederlands niet maar maakt het rijker


kruzdlo - 10/12/07

Volkskrant van vandaag:

Woord van het jaar: slurptaks, comadrinken of lokhomo?
ANP
gepubliceerd op 10 december 2007 14:18 , bijgewerkt op 10 december 2007 14:49

AMSTERDAM - Slurptaks, comadrinken of lokhomo: wat wordt het woord van het jaar?

Op de website www.woordvanhetjaar2007.nl kunnen taalliefhebbers tot en met 18 december kiezen. De lijst bestaat uit tien woorden:

Bokitoproof
bestand tegen (de gevolgen van) vernielzuchtig gedrag (van dieren) en vandalisme (van mensen) · genoemd naar de zilverruggorilla Bokito, die op 18 mei 2007 uit zijn dierenverblijf in Blijdorp ontsnapte en een vrouw ernstig verwondde

comadrinken
in korte tijd zo veel drinken, dat men in coma raakt, met name als trend onder jongeren

formatiemoeheid
verschijnsel dat partijen en/of burgers een kabinets- of collegeformatie beu raken als die naar hun idee te lang duurt

klimaatneutraal
een effect op het klimaat hebbend, met name doordat de hoeveelheid broeikasgassen die wordt uitgestoten bij een bepaalde activiteit, wordt gecompenseerd, bijvoorbeeld door het planten van bomen

lokhomo
undercoveragent die zich als homo presenteert om potenrammers tot geweld uit te lokken om hen te kunnen aanhouden

opacriminaliteit
criminaliteit door ouderen, met name 55-plussers

reltoerist
iemand die zich begeeft naar een plaats waar rellen zijn om daaraan te kunnen deelnemen

slurptaks
heffing op auto's die veel brandstof verbruiken

wilfen
surfen op het internet waarbij men niet meer weet naar welke informatie men oorspronkelijk op zoek was · gevormd van de Engelstalige afkorting WILF (What was I Looking For)

zelfbedieningskapitalisme
kapitalisme waarbij bestuurders van grote organisaties in staat zijn zelf de beloning voor hun werkzaamheden te bepalen

Het winnende woord wordt 20 december bekend gemaakt.

In totaal doken het afgelopen jaar 3650 nieuwe woorden op. De woorden staan in het Van Dale Jaarboek 2008. Om in het jaarboek te komen moet een begrip minstens zeven of acht keer voorkomen, in minstens twee verschillende bronnen, verspreid over meer dan twee weken.

Of de woorden allemaal in de het woordenboek van Van Dale komen is niet zeker. Om die status te bereiken moet een woord drie jaar regelmatig gebruikt worden.


Ellen - 10/12/07

Vooral het napraten van groepen geeft wel eens gefronsde wenkbrauwen.
Veel jongeren nemen een taaltje aan waarin sterk Amsterdamse accenten in doorklinken, maar ook de typische "sjg" van uit het Arabisch in woorden als schrift en school hoor je nu vaak.
Het is jammer dat Nederlandse jongeren, maar ook ouderen weinig waarde hechten aan de Nederlandse taal.
Ook het schrijven van simpele opdrachten verzandt in straattaal of wordt met msn-taal geschreven. Als leerkracht in het middelbaar onderwijs schrik ik soms van de taal die kinderen blijkbaar heel normaal vinden.


Joost Hanszoon - 10/12/07

Kijk ook eens over de grenzen. In hoeverre beheersen bijvoorbeeld geemigreerde Nederlanders hun nieuwe moedertaal? Wat hebben zij uit het Nederlands behouden en wat hebben zij ingebracht in de taal van hun nieuwe omgeving? Hoe wordt of is hun inbreng daar ervaren?
En dan spelen wellicht nog andere (sociale) factoren een rol. Zo zijn er in Zuid-Spanje onder de Nederlandse "pensionado's" weinig Spaanssprekenden. Die hebben blijkbaar geen behoefte aan ingeburgering en de dwang van de wetgever is er daar ook niet.


Stany - 10/12/07

Op zich is het geen enkel probleem als er nieuwe woorden bijkomen bij onze al rijke Nederlandse taal, integendeel. Het verrijkt alleen maar en dat is oké. Maar ik vind het toch een probleem als onze Belgische/Nederlandse kinderen op school zienderogen achteruit gaan in het beheersen van onze taal. En eerlijk, dat is wat hier bij ons gebeurt. Ik kan niet spreken voor de nederl. scholen, maar enkel hier in Belgie. Bij ons in het maasland waar er meer dan 30 verschillende nationaliteiten zijn merk je dat de kinderen thuiskomen van school en zelfs de basis gramatica niet meer aankunnen. "Die meisje", "Meh", etcetera. Ze nemen de gebrekkige woordenschat gewoon over en je krijgt het er niet meer uit. Verschrikkelijk is dat om aan te horen. Nu heb ik wel de indruk dat er in Nederland meer gedaan wordt in het opvangen van immigranten en het leren van de nederl. taal. Tenminste hoor ik toch altijd op de TV tijdens een interview met immigranten, hoe goed zij de Nederl. taal beheersen al zeer snel. Dit maak je in België niet mee hoor. Hier kom je immigranten tegen die meer dan 20 jaar hier zijn en bijna niet te verstaan zijn. Onvoorstelbaar vind ik dit toch, dit wijst eerder op niet willen dan op niet kunnen. Maar om af te ronden, een taal is nooit rijk genoeg, ook ons Belgisch nederlands waar je toch heel wat franse woorden in terug vind is daar een voorbeeld van.


Johan Nijhof - 10/12/07

“Wij leven in een wilde, schreeuwerige tijd; is ’t wonder dat de stijl daar droevig onder lijdt?"
Zo besluit Charivarius zijn normatief taalkundig werk “Is dat goed Nederlands?” Waarschijnlijk hebben de schrijvers dat eertijds populaire werkje niet meer gekend, evenmin als de stilistische grammatica van Overdiep of werk van Stutterheim.

De eigen fixatie op sociolecten is blijkbaar niet bevorderlijk voor een brede visie op de taalkunde. Maar ook in onze tijd met haar falend onderwijs is nog de roep te horen om een richtsnoer voor goed taalgebruik, dat meer omvattend is dan de Schrijfwijzer en dergelijke pennenvruchten.

Onder het lemma Nederlands vinden we in Van Dale als voorbeelden “goed, zuiver Nederlands” en “dat is geen Nederlands, = dat is in strijd met de regels van de Nederlandse taal” en “normatieve taalkunde” is een van de genoemde vormen van taalkunde.

Moeilijk valt dus in te zien, waarom “beter Nederlands” geen taalkundig begrip zou zijn.

Het betoog van de heren is over de hele linie mijns inziens flinterdun.
Als Stroop schrijft dat Aboutaleb beter Nederlands spreekt dan Wilders, kan de kwalificatie beter overigens heel goed worden opgevat als een bijwoord, en dus betrekking hebben op het spreken. Voor beiden geldt, dat Nederlands voor hen aangeleerde taal is, die aanmerkelijk verschilt van de taal die zij als kind leerden en spraken.

Blijkbaar zijn de heren begonnen met een onderzoek en achten zij het wel wetenschappelijk verantwoord hun voorlopige bevindingen voorbarig te ventileren zonder statistische onderbouwing.

Interessant zou zijn om te weten hoeveel Marokkanen dan wel het taalniveau bereiken van Aboutaleb of voor mijn part Wilders. Mag ik gezien hun geringe vertegenwoordiging in het universitair onderwijs en hun oververtegenwoordiging bij de ca. 2 miljoen min of meer analfabete inwoners van ons land voorlopig even blijven twijfelen aan de rijkdom van hun taalgebruik als groep?


Herman Hiemstra - 10/12/07

Er is niets mis met de aanwas van 'nieuw' Nederlands met een
a-etnolecte achtergrond. Het verrijkt onze taal.


Rudolph Deyl - 11/12/07

"Velen klagen erover dat vooral jongeren het Nederlands steeds slechter beheersen." Ook ondergetekende vindt, dat wij Nederlanders steeds slordiger omgaan met onze moedertaal maar dat "vooral jongeren" zich hieraan zouden bezondigen is mijns belevens niet juist. Waar ik mij nog het meest aan stoor is het steeds frequenter voorkomen van het gebruiken van foutieve verwijswoorden in zinsconstructies als: "een tijdschrift in Nederland die wel brood zag...." (NOS Headlines dd. 11 november j.l.) Zelfs sprekers die qualitate qua geacht mogen worden zich in standaard-ABN uit te drukken bezondigen zich hieraan. Vreemde fouten als het wederkerig maken van werkwoorden als irriteren vind ik ook een gebrek aan taalbeheersing. Zinnen als: "Hij irriteert zich al jaren aan zijn tante" ergeren mij. Dan zijn er nog de (niet-moedwillige) verhaspelingen zoals deze (N.B. van een hoofdredactrice van "Binnenste Buiten", het personeelsorgaan van het Ministerie van BZK): "opmerkingen als deze welen in dit boek tierig."

Over de etnolecten die het Nederlands zouden verrijken: naar mijn mening zijn die "verrijkingen" slechts van tijdelijke aard. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het zo goed als verdwenen zijn van het Indisch-Nederlandse etnolect, het zg. "petjoh". Indische mensen die nog als repatriant naar Nederland zijn gekomen, willen het nog graag onder elkaar gebruiken om het lotgenoot zijn samen weer sterk te beleven. Maar in gesprek met hier geboren Nederlanders doen we ons uiterste best om elk spoor van petjoh te vermijden. En onze kinderen? Die hebben geen flauwe notie van ons etnolect. Woorden als "warmbol" (kadetje) of "bultzak" (matras) verstaan ze niet meer. En voorzover er sprake is van Indische woorden die in de standaardtaal zijn opgenomen (bijvoorbeeld soebatten, bakkeleien, soesah, enz.) moet jammer genoeg worden geconstateerd dat ze vaak verkeerd worden gebruikt. Zo wordt "soebatten" (vleiend smeken) vaak ten onrechte verward met "stechelen". En "Dat is niet mijn pakkie-an" wordt vaak verhaspeld tot: "Dat is mijn pakkie niet an."

Ik hoop en bid, dat het onderwijs in het Nederlands op korte termijn zodanig wordt verbeterd, dat een verdere teloorgang van onze schone moedertaal op tijd wordt voorkomen.


Frans Vermeulen - 11/12/07

De redenen van de verslechterde beheersing van het Nederlands in het onderwijs is niet ver te zoeken: hoe meer het Nederlands uitgestoten wordt uit het onderwijs hoe meer die taal bloot staat aan verloedering! Wie zit hier achter? Hoe lang nog zullen de vooraanstaande Nederlandse taalkundigen die kwalijke maatschappijmenners achterna lopen en allerlei uitvluchten zoeken voor de opzettelijk veroorzaakte kwaal?


ramona - 11/12/07

Ik weet niet hoe de situatie in Nederland is... In België is het een trend om VTM-Vlaams te spreken. Het is een soort ABN dat vooral wordt gesproken op commerciële tv-stations en door politiekers. Onrustbarend door zijn ééntonigheid. Onrustbarend omdat, wanneer je met een dialect praat, je aanzien wordt als dorps en achterlijk. Het gevolg is dat het dialect stilaan aan het uitsterven is. Misschien biedt het etnolect wel een alternatief voor het dialect. Door de globalisering lijkt het me niet meer dan logisch. En laten we gelukkig zijn met wat variatie, ook in onze uitspraak. De tweede wereldoorlog is toch gewonnen door de voorstanders van variëteit. Of niet?


Johan Nijhof - 12/12/07

“Het eigenaar mag de zaak openhouden totdat de rechtbank uitspraak heeft gedaan in een zaak die de seksclub heeft aangespannen” meldt het ANP volgens de Volkskrant vanmorgen, 12-12.

Sommigen willen ons dus doen geloven dat zulk taalgebruik een verrijking van de Nederlandse taal betekent. O kijk toch eens hoe soepel het Nederlands tegenwoordig omgaat met zijn lidwoorden.

Onlangs kopte de NRC “Holleeder wacht nog meer strafprocessen.” Wat leuk, het werkwoord wachten kan in deze betekenis nu ook al met een lijdend voorwerp worden gebruikt. Allemaal verrijking blijkbaar.

Die zuurpruimen die denken dat het Nederlands op sterven na dood is moeten niet zo zeuren.

Maar ik vraag enig respect (de nieuwe rijken zouden liever zeggen: enige respect!) voor mijn rouwproces.

Er zal in deze streken in de toekomst vast weer een taal worden gesproken, met een simpele grammatica, en waaraan ook het Nederlands een flinke bijdrage heeft geleverd. Dat doet het tenslotte ook in de collegezalen waar docenten die ongeschoold zijn in het Engels, toch die taal proberen te gebruiken, met de nodige contaminaties alsmede een "leenaccent".

Laten we die taal, die toch sterk van mijn moedertaal verschillende oorsprongen heeft maar liever een eigen naam geven. Wat dacht u van "Medelans"?


Kruzdlo - 13/12/07

Johan je hebt op Volkskrant digitaal gekeken? Elke dag kun je daar taalfouten vinden. Wat betreft NRC Handelsblad zelfde laken en pak.

Het ondrwijs holt achteruit en dat is niet meer goed te maken. Pas maar op dat je niet in het putje van Milete valt als je zo blijft navelstaren. Ik kan zo wel doorgaan maar,... dat doe i kniet.

De mehoeveelheid van het Nederlands was ook niet alles. Ik stop nu!


Gaston D'Haese - 18/12/07

"Veel migranten beheersen het Standaardnederlands uitstekend", zeggen taalonderzoekers Frans Hinskens en Pieter Muysken.
Ik deel die indruk niet. 'Sommige' migranten beheersen het AN goed maar het leeuwendeel blijft ondermaats. Ook zij gebruiken meestal een tussentaaltje ('koeterlands') met typische allochtonenfouten, zoals "die" meisje, enz.


ramona - 18/12/07

Ik denk nu niet dat een paar fouten in een krant er de oorzaak van zijn dat jongeren de Nederlandse taal minder goed beheersen...Daarnaast ben ik ervan overtuigd dat migranten daar ook voor niets tussen zitten. Hoeveel uur zitten jongeren naar commerciële zenders te gapen of hoelang zitten ze te gamen en hoeveel lopen er niet met een mp3-speler in hun oren over straat? Is dat dan zo bevorderlijk voor het Nederlands? Ik vind het nogal bizar om migranten in een probleem te betrekken waar wij zelf voor verantwoordelijk zijn.
En globalisering, dat valt niet meer tegen te houden. Daar hoort toch die vermenging van culturen bij? En vermenging van culturen, daar gaat een taal niet mee teloor, me dunkt. Ik denk dat een taal moet evolueren, niet tot stilstand mag komen.


frans Vermeulen - 19/12/07

Vermenging toelaten is in de kortste keren overschakelen op het Engels, dus teloorgang van de eigen taal én het fabeltje van "een taal moet evolueren".


Daniël Mantione - 19/12/07

Het is natuurlijk niet zo dat allochtonen verantwoordelijk zijn dat de autochtonen geen Nederlands meer kunnen. Daar zijn we helemaal zelf schuld aan.

Wat natuurlijk wel zo is, dat in immigrantenkringen op taalgebied heel veel gebeurt. Natuurlijk spreekt men niet altijd goed Nederlands, maar er wordt ook veel ontwikkeld aan nieuwe woorden en uitdrukkingen. Een sturende werking van de autochtone bevolking moet dat in goede banen leiden zodat we zowel goed Nederlands krijgen, als die ontwikkeling.

Verder is het helemaal niet uitgesloten dat allochtonen op den duur de autochtonen aftroeven. Er wordt namelijk zo hard op ze gelet, dat de drang om goed Nederlands te kunnen groot is. Voorwaarde is dat ze minimaal tweede generatie zijn en dus het Nederlands op moedertaalniveau kunnen beheersen.


ramona - 21/12/07

Frans,

Er wordt inderdaad veel Engels gebruikt door jongeren. Maar God, hoe kun je nu verlangen dat de wereld evolueert, dat de mensen evolueren, maar de taal niet. Ook de talen gaan zich vermengen. Dat staat nu éénmaal vast. Hoeveel je ook van je eigen taal houdt, of van je eigen land: globalisering is een feit.

Er zijn altijd voor en nadelen verbonden aan vooruitgang en sommigen zien het positief in en sommigen negatief. Dit is de wereld waarin we leven. Punt.


Daniël Mantione - 22/12/07

Dat vind ik toch de kort door de bocht hoor: Omdat globalisering een feit is vermengen de talen zich, dus we moeten maar lijdend toezien hoe het Nederlands naar de knoppen gaat...

Nee, natuurlijk niet! Talen bloeien en raken in verval dankzij beleid. Het is beleid dat op Schiphol Engels gehanteerd wordt. Het is beleid dat op universiteiten Engels gesproken wordt. Het is beleid dat bedrijven intern Engels gebruiken. Het is beleid dat produkten geen Nederlandstalige handleiding krijgen maar wel een Duitse en Italiaanse.

Soms wordt er ook beleid ten voordele van het Nederlands gevoerd:
Het is beleid dat allochtonen Nederlands moeten leren. Het is beleid dat op produkten in de winkel een Nederlandstalig opschrift dient te staan. Het is beleid dat de EU naar Nederlandstaligen in het Nederlands communiceert. Het is beleid dat officiële documenten in Vlaanderen in het Nederlands geschreven worden.

Het antwoord op ongewenste taalevolutie onder jongeren is dan ook beleid. Ongewenste taalevolutie omvat bijvoorbeeld dat personen door gebrekkige beheersing van het ABN niet afdoende in staat zijn iets te verwoorden en daardoor eigen constructies verzinnen, al dan niet op basis van vreemde invloeden, terwijl het ABN prima zou voldoen.

Er zijn twee ingangen om hier beleidsinvloed uit te oefenen: Onderwijs en media. Richt je onderwijs- en mediabeleid hier dus op af.


Frans Vermeulen - 24/12/07

Ramona,

Het woord "evolueren" wordt net als de meeste kunstwoorden verkeerd begrepen: e-volu-er komt letterlijk van ont-wikkel-en of uit zijn wikkels wikkelen! Als er iets ontdekt wordt, een natuurwet of iets anders, wordt het alleen maar ont-dekt of bloot gelegd! In de grond wordt er niets nieuws ontdekt, want alles is er al! Zo ook met de taal: een brontaal als het Vlaams/Nederlands veroudert niet, men kan in het beste geval alleen maar terugkeren naar de klaarste oude vormen die nog altijd het grootste gebruiksnut opleveren, namelijk verstaanbaarheid en leerzaam doorzicht! Het Nederlands is eeuwenlang door een dal gegaan van uitroeiing met de achtergebleven merkbare sporen van ontwrichting en ongerijmdheden (maar toch nog duizend keren gaver gebleven dan gelijk welke andere taal, inbegrepen het opdringerige Frans en Engels); men kan dus hooguit deze verminkingen herstellen volgens het beginsel van de hoogste bruikbaarheid, is dit ouderwets? Nu is er terug een wedloop naar Latijn en van het Latijn afgeleide 'nieuwe' of 'kunstwoorden', is dit nieuwerwets? Brengt dit bij tot de verhoogde bruikbaarheid in de wetenschap en de gedachtenwisseling? Is het nieuwe van de "politiek" betoelaagde nieuwlichters zoveel beter? Neen! Want op taalgebied gaan we allen achteruit en die taal dient meer en meer tot kliekjesvorming met uitsluiting van hele groepen en vooral hele generaties, en dan maar lullen over "communicatie", nog zo'n 'mooi' modewoord dat niemand begrijpt: taalkundig afgeleid van com-muni-ca-tie of ge- meen-heid- kunde of de kunst van het gemeen maken van wederzijdse opvattingen. Niets aan te doen, onze woorden komen niet van die vroegmiddeleeuwse kunsttaal Latijn, maar juist andersom! De jongeren volgen gedwee wat gewiekste menners met alle nieuwe en snode middelen voorhouden; is dit schaapachtig gedoe iets om zich bij neer te leggen? Neen! De jongeren moeten zich opnieuw vragen durven stellen en zich niet laten inkorven door allerlei nog beangstigend meer aan uitbreidende wetten op de vrije meningsuiting; nu al heeft men nood aan een nieuwe "catechesmus" met wetsregels van 'dat mag niet gezegd' en 'dat mag niet gezegd', en 'dat mag, maar alleen tot zo ver' of anders vlieg je de bak in. Als iedereen verplichtend hetzelfde moet denken kunnen we in de nabije toekomst al de gespreksgroepen (in de ruimste zin van het woord dan) terug opdoeken om ze na een eeuw of later opnieuw te ont-doeken. Ramona, vooruitgang is waardeloos als die niet gepaard gaat met zuiverheid in de breedste betekenis!


Anonymous - 27/12/07

Je spreekt over ont-dekken. Uit de wikkels wikkelen. Waar was het respect voor 'zuiverheid' van Belgen en Nederlanders toen zij bepaalde volkeren onderdrukten? Ik zie die inmenging van anderstaligen inderdaad als een evolutie. Bij evolutie hoort onlosmakelijk een oorzaak en een gevolg.(spijtig, tja)

In het hoger onderwijs wordt nu minder verwacht dat leerlingen lezen, schrijven. Accontability, countability is daar wat telt. Onze taal wordt verwaarloosd omdat jongeren de economische toekomst bepalen van een land. Zij worden daar voor opgeleid zonder het zelf te beseffen. Je hebt daar wel een punt, Frans, wanneer je spreekt over schaapachtig gedoe. (Daarom dat het goed is dat er nog wolven zijn zoals wij. Die zijn ontembaar.)


Anonymous - 28/12/07

Daniël,

Kort door de bocht...Als je een keer nadenkt waarom dat beleid gevoerd wordt, komen we toch bij mijn vorige antwoord?

Mijn zoon praat over 'gamen', chatten'. Hij vraagt: 'mag ik op de pc', of, 'mag ik op de play-station'.
Ik ga nu ook niet verwachten dat hij op school tegen zijn vriendjes gaat vertellen dat hij interactief gecommuniceerd heeft op de electronische machine die gegevens opslaat en verwerkt.

Ik probeer zelf een voorbeeld te stellen aan mijn kind door veel te lezen, zo goed als geen tv te kijken en hem vrij te laten in zijn denken (in de mate het mogelijk is).

Wat dat beleid betreft. Ach, als je nagaat is iedereen tegenwoordig wel gekant tegen het beleid en tegen de macht van media. En toch blijven kijkcijfers voor de achterlijkste tv-programma's de hoogte in gaan. En de Da Vinci Code, waauw, die moet je gelezen hebben. Waarom?

Ik geef het beleid de schuld niet. Elk individu moet in staat zijn om zelf te denken. Dat de meesten daar te lui voor zijn, tja. Daar pikt het beleid handig op in.



Daniël Mantione - 28/12/07

Prima, je zoon praat over "gamen". Nu zat ik te zinspelen op een beleid tegen leenwoorden. Toch valt ook op dit niveau beleid te voeren.

Stel allereerst vast of dit een gewenste ontwikkeling is.

Zo ja, doe niets. Zo nee, ga daar beleidsmatig wat aan doen.

Dat beleid kan iets simpels zijn als er een advies over te plaatsen op Taalavies.net; velen, waaronder spraakmakers, lezen die en zullen daarop het woord "gamen" mijden en het daar geadviseerde alternatief overnemen. Andere bronnen zullen dat niet doen. Afhankelijk van de mate van ongewenstheid, kan je harder beleid gaan voeren. Bijvoorbeeld het onderwijs aansturen ieder voorkomen van "gamen" door te strepen.

Moraal van het verhaal, zelfs tegen afzonderlijk leenwoorden kan men zo men wenst beleid voeren. Of dat verstandig is, dat is een andere discussie. Immers, leenwoorden voeden taal met woorden voor nieuwe begrippen.

Maar ik stel ook niet voor dat we een beleid tegen leenwoorden gaan voeren. Stel je zoon is aan het spelen. Nu kan je tegenwoordig in dergelijke kringen dit soort gespreken horen:

own het wood!
ik ga groen ownen... vette ownage!
eerst het wood anders kan rood units blijven constructen
bouw knights!
ik heb niet genoeg ore om knights te bouwen

Dit gaat niet meer om leenwoorden, maar om een zware mengeling tussen Nederlands en Engels, waarbij zowel zinsbouw als woordenschat er aan moeten geloven. In een eerdere discussie hebben we het over Pinyin-Nederlands gehad. Welnu, dit is daar een mooi voorbeeld van. Nu is dat in een computerspel tot daar aan toe, maar ik heb soms behoorlijke last om met dit soort figuren een gewoon gesprek te voeren, want ook hun normale taalgebruik is doorspekt met dit soort pseudonederlands, minder hevig dan in het "heetst van de strijd", maar voldoende om een gesprek lastig te maken.

Laten we het bij "gamen" maar even in het midden laten of dat gewenst is. Wat ik wel als een ongewenste ontwikkeling beschouw is dat mensen het lastig vinden correct ABN te spreken en dus gedwongen zijn in situaties waar ABN gewenst is dit soort pseudonederlands te gebruiken.

Daar sturend beleid op voeren lijkt me, zowel voor de personen zelf, als de vitaliteit van het Nederlands, buitengewoon gewenst.


Johan Nijhof - 1/01/08

Daniël heeft zeker gelijk, dat in principe een taalbeleid wel mogelijk is. Dat heeft b.v. Frankrijk bewezen met zijn strijd tegen het Franglais en het in omloop brengen van woorden als "courriel" voor e-mail.. Zie b.v. “beurtbalkje”

Ik waag het echter te betwijfelen of iets dergelijks in Nederland nog wel wortel kan schieten. Op zich geslaagde pogingen om woorden te verzinnen en te propageren, hebben hier slechts een zeer matig succes Er is immers een traditie van eeuwen in vrijgevochten gedrag, zoals we ook zien met het verzet tegen een van hogerhand opgelegde en slecht beargumenteerde spelling.

Tevens wil ik iets opmerken over het gebruik van het woord “Pinyin-Nederlands". Het Chinese woord “pinyin” betekent letterlijk ”transliteratie” en wordt gebruikt voor de fonetische weergave van het Chinees in Latijns letterschrift. Er heeft op het gebied van vertalen een soort betekenisoverdracht plaatsgevonden naar taalgebruik.

Wij spreken van Pinyin-terminologie, als terminologie letterlijk wordt vertaald naar de doeltaal, om een inhoudelijk verschil te handhaven, bijvoorbeeld kort geding naar het Engels of Duits, waar hetzelfde fenomeen niet bestaat, of besloten vennootschap naar het Duits, waar een "Gesellschaft mit beschränkter Haftung” toch net niet helemaal hetzelfde is als onze b.v..

Dit is dus een term die we niet moeten verwarren met Pidgkin, het versimpelde en primitief overkomende taalgebruik, wanneer er op grote schaal communicatie plaatsvindt van mensen die een taal nog niet machtig zijn, en een andere in het achterhoofd hebben.


ramona - 2/01/08

Niet enkel 'courriel'. Zelfs Bruce Lee kan daar op tv perfect frans praten...



Daniël Mantione - 2/01/08

Johan, je hebt gelijk, ik haalde de begrippen door elkaar. Excuus voor deze verschrijving.


Johan Nijhof - 3/01/08

Ja, Ramona, dat is inderdaad ook een punt. Het ondertitelen, wat wij zuinige Nederlanders zo graag doen, en ik heb er als vertaler ook heel wat aan gedaan, stelt ons bloot aan een onnodige stroom dagelijks Engels. Ook Duitsland, waar vrijwel altijd wordt nagesynchroniseerd, is daarmee heel wat beter beschermd tegen die voortdurende invloed.
Aangezien 30 % of meer van de informatie verloren gaat, en 50% van de nuance, doen we onszelf continu tekort. Zelf heb ik o.a. veel ervaring met video's, waarbij Engelstalige preken in het Nederlands en Duits moesten worden ondertiteld, en ik dus per taal maar één regel van de twee ter beschikking had. Het resultaat noemde ik dan ook voor mijzelf met enig cynisme “het evangelie van Nijhof”. Ruimtegebrek dwingt de vertaler tot onverantwoorde simplificaties.
Nasynchronisatie zou ons permanent dwingen tot reflectie over het ideale pendant. Bij goede nasynchronisatie moet immers ook de mondstand worden gecorrigeerd, dus de volgorde van de beelden worden aangepast, wat ook heel kostbaar is. Zeer nauwkeurig vertalen kan de kosten iets drukken.
Het zou de verengelsing enigszins kunnen stoppen en een zegen zijn voor Nederland en Vlaanderen.
Naast de kosten is het enige dat ons let de wens van de overheid om te verengelsen.


Leo Duym - 10/01/08

Ik denk dat Stroop eerder worstelt met de argumenten van Wilders, dan met de ontwikkelingen in het moderne Nederlands.







print pagina

Door het gebruik van stijlbladen is geen aparte 'print pagina' nodig. Gebruik de 'print' functie van uw browser.



tekstgroottekleinmiddelgroot

     
recente reacties

Leo Duym:
"Ik denk dat Stroop eerder worstelt met de argumenten van..."

Johan Nijhof:
"Ja, Ramona, dat is inderdaad ook een punt. Het ondertitelen,..."

Daniël Mantione:
"Johan, je hebt gelijk, ik haalde de begrippen door elkaar...."

ramona:
"Niet enkel 'courriel'. Zelfs Bruce Lee kan daar op tv..."

Johan Nijhof:
"Daniël heeft zeker gelijk, dat in principe een taalbeleid wel..."

Daniël Mantione:
"Prima, je zoon praat over "gamen". Nu zat ik te..."